Als het ergste gesnotter dan weer voorbij is, is het tijd om te lezen. Ik was al even bezig in Het Pauperparadijs van Susanna Jansen en het is nu dus uit. Het is niet heel erg vlot te lezen, maar zeker wel de moeite waard. Wat een armoede. Ik voelde me bijna schuldig dat ik mij voor een, weliswaar voor een zware, verkoudheid heb ziek gemeld als ik lees onder welke omstandigheden en ontberingen mensen in vroeger tijden hebben moeten leven. Vroeger was het leven in de lagere klassen vast geen pretje en ook ik zou, gezien mijn afkomst heus tot die lagere klassen behoord hebben.
Vanuit dit boek ben ik toch weer iets meer gaan begrijpen van de belangrijkheid om een nette huishouding te voeren. Susanna beschrijft hoe in de jaren dertig mede aan de hand van de inhoud van de kast beoordeeld werd, of de huisvrouw kwaliteiten had om haar huishouding naar behoren te bestieren en op grond daarvan in aanmerking kwam om een betere woning toegewezen te krijgen. Ook het wekelijks luchten van het beddengoed en allerlei andere prietpraat herken ik nog wel, omdat dit in de jaren vijftig nog volop in zwang was.
En toch is men er op die manier wel in geslaagd om langzamerhand het levenspeil van een hele grote groep mensen op een veel hoger plan te krijgen.
Ik krijg altijd een beetje een gevoel van medelijden over mij als ik lees over de armoede van rond 1900. En ik bedoel dan niet de extreme armoede maar meer het gewone leven. Ik vind het meestal iets hebben van een zielige vertoning. Blij dat die tijd voorbij is. Maar als ik heel eerlijk ben, begint dat gevoel ook al te komen als ik beelden van de jaren zestig, zeventig terugzie. Vooral als het dan om grote evenementen gaat met heel veel mensen bij elkaar. De lange haren, de kleding, alles wat toen zo vertrouwd was lijkt in mijn ogen dan ook opeens een wat een zielige uitstraling te krijgen. Woodstock bijvoorbeeld. Met zoveel mensen zo lang zo dicht op elkaar waar alles moest gebeuren......
Ik weet wel, het was vrijwillig, voor de eigen fun en maar voor een paar dagen, maar het was behelpen... Het staat natuurlijk helemaal niet in een vergelijk met het Veenhuizen van honderd jaar geleden. De enige overeenkomst is de massaliteit op een kleine oppervlakte.
Toch begin ik de vervreemding van dat â??mooieâ? gebeuren al te voelen. Het is net of ik een beetje datzelfde gevoel begin te krijgen van het allemaal een beetje armoedig te vinden, die hele vertoning van toen.
Ik ben heel benieuwd hoe de mensheid over honderd jaar over ons, het leven van anno 2008 denkt. Zal men ons, op hun beurt, dan ook weer een beetje zielig vinden?
Verdwaasd kijk ik om mij heen. Het kan toch niet waar zijn, is het echt al morgen, is de dag echt begonnen? De lichtstreep onder de deur vertelt mij dat ik me niet vergis. De wekker geeft de juiste bijpassende tijd aan. Vreemd, ik ben vannacht niet één maal wakker geweest, maar toch heb ik het gevoel dat ik met vere vreemde reizen van doen gehad heb. Ik was in Engeland en hoewel ik nog nooit in spanje ben geweest heb ik opeens toch heel duidelijke beelden daarvan. Door de druk op mijn ogen, een nog grotere druk in mijn voorhoofd boven mijn neus en de stekende oren lijkt het of mijn hoofd veel te klein is geworden. Mijn keel zit dichtgeschroefd en als ik even naast het bed sta, heb ik moeite om mijn evenwicht te bewaren. Een aantal malen achter elkaar zeer heftig niezen doet mij weer op de rand van het bed belanden. "Dit lijkt echt een beetje mis ze zijn", denk ik, als ik vervolgens naar beneden loop. Terwijl ik in de gang een blik in de spiegel werp, zie ik iemand die ik niet echt herken. Ik twijfel, zal ik doorzetten of zal ik toegeven? Met een paar aspirines kun je best een eind komen, dat weet ik uit de ervaring met gisteren.
Dan neem ik het besluit. Ik zet de wekker op acht uur om mij vervolgens ziek te melden. Om 8 uur voer ik deze actie nauwgezet uit. Verder is de morgen aan mij voorbij gegaan. Ik heb tot na enen geslapen. Hierna heb ik een goede raad van mijn moeder in praktijk gebracht. Ook al ben je ziek, na een wasbeurt voel je je toch een stuk prettiger. Opgefrist ben ik daarna heerlijk onder een dekbed op de bank in de kamer gaan liggen. Om drie uur heb ik opnieuw de beslissing genomen om mijn werk te bellen en mij ook voor morgen af te melden. Na drie bladzijden lezen was het toen opeens zomaar vijf uur. Ik heb een beetje gegeten, weer wat geslapen, daarna een beetje kunnen lezen, dit stukje in mijn hoofd kunnen bedenken, nog net de energie kunnen opbrengen om deze woorden op het scherm te laten verschijnen, excuses voor de tikfouten als die er zijn, en nu is het op. Morgen beter.
Vandaag was ik opnieuw bij een radiouitzending, maar dit maal als gast. Omrop Fryslân had mij een dag of tien geleden uitgenodigd voor een gesprek over mijn boek in het radioprogramma Omnium. Dit programma wordt dagelijks van 11 uur tot 12 uur live uitgezonden.
Daar ik iets aan de vroege kant was werd ik even met een kopje koffie ergens terzijde neergezet, maar dat vond ik helemaal niet erg. Op deze manier kon ik even acclimatiseren. Misschien, zo dacht ik ,zou er nog een voorgesprekje zijn, maar nee, niets van dit alles. Om iets voor elven kwam presentatrice Sippie Tichelaar naar mij toe. Ze liet mij de keuze of ik direct mee wilde lopen naar de studio of dat ik zou wachten op een seintje wanneer ik aan de beurt zou zijn. Natuurlijk wilde ik direct mee. Opnieuw een kans om heel dirct achter de schermen te kunnen kijken.
Het is toch een heel wonderlijk wereldje hoor. Al lopend verontschuldigde Sippie zich voor het gemompel in zichzelf. Ze was bezig alvast wat teksten in te oefenen zo liet ze mij weten. Ik kon even plaats nemen in de ruimte van de technicus en zelf ging ze naar de aangrenzende opnamestudio. Oh, paniek bij haar, de playlist scheen niet aanwezig te zijn. Ter elfde ure, tijdens de nieuwsuitzending werd die dan alsnog bezorgd.
En toen begon de uitzending. Na het nieuws eerst muziek en toen de aankondiging met de onderwerpen van die morgen. Het eerste onderwerp was een telefoongesprek over de keuze van ziekenhuizen. Eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik daar niet zoveel van kan navertellen. Na nog weer een plaatje (tijdens de muziek hebben technicus en presentator over van alles en nog wat contact met elkaar, maar ze weten precies wanneer ze deze smalltalk moeten stoppen) was het mijn beurt. Dus inderdaad, niet eerst een voorgesprek of een inpraten of zo, nee direct boem bats, het gesprek.
Volgens P. en een enthousiaste kennis die direct na de uitzending belde, heb ik het er heel behoorlijk afgebracht. Nieuwsgierig? ga naar Omrop Fryslân, zoek bij uitzending gemist het programma Omnium van vandaag, 28 oktober en de uitzending is, wanner hij geplaatst is en dat duurt een dag of twee, alsnog te beluisteren.
Later toegevoegd: de link http://www1.omropfryslan.nl/Radio_Omnium.aspx
In februari had ik met een vriendin naar een uitzending van Tros Muziekcafé zullen gaan, maar opeens kwam er toen, heel vervelend, een kink in de kabel....... Helaas kan dit euvel niet verholpen worden, althans niet helemaal zoals ik het verholpen had willen hebben. Ik ben er gisteren wel in geslaagd om het een andere wending te geven. Mijn wens om daar eens heen te gaan is namelijk onverminderd blijven bestaan. Omdat deze vakantieweek heel anders uitpakte dan wij, P. en ik gepland hadden, hebben we midden in de week het besluit genomen om een bezoek aan Tros Muziekcafé in ons weekprogramma op te nemen.
Het was leuk. Ik houd er sowieso van om aanwezig te zijn bij live uitzendingen. Of het nu radio of tv is maakt me niet zoveel uit. Het intrigeert mij. Ik heb op de één of andere manier nooit kans gezien om ergens op wat voor een manier dan ook een voet tussen de deur te krijgen. Dat heb ik altijd een nadeel gevonden van heel jong kinderen krijgen. Je, in dit geval ik, sluit bij voorbaat al uit dat er ook maar iets mogelijk zou zijn. Ik ben niet eens op onderzoek uit gegaan, terwijl de fascinatie altijd heel duidelijk aanwezig is geweest.
Afijn, ik heb genoten. Ik heb van de drie baritons, Marco Bakker, Ernst Daniël Smit en Henk Poort mogen genieten en van de drie J's. Op dit moment hebben zij een alleraardigst nummer wat ik graag mag horen. Vraag me even niet naar de naam want die weet ik even niet. (zoek ik wel op, is gebeurd: Hou van mij) Verder was er nog een jonge Zweedse zangeres die alleraardigst kweelde, zelf piano speelde en verder begeleid werd door een vriendin die cello speelde. Aan het eind was er nog een optreden van een Italiaanse bluesband waar ik niet weg van was.
Terwijl we 's avonds nog wat napraatten over onze bevindingen herinnerde ik mij opeens dat ik een collega een copie van een CD had beloofd. Omdat de avond toch een uurtje langer mocht duren, draaiden we die bewuste CD ook maar weer eens voor ons zelf. Frappant! Beiden dachten we hetzelfde. De magie die we rond deze CD altijd gevoeld hadden was verdwenen. We waren 12 jaar geleden bij de presentatie van deze CD aanwezig geweest en toen waren we helemaal in de ban van de sfeer rond die CD geweest en dat lijkt er niet meer te zijn. In ieder geval niet meer in die hevigheid van toen. Ook niet, toen we vanmorgen ontdekten dat de CDspeler niet helemaal goed ingesteld had gestaan.
Vanmiddag is de copie ter controle gedraaid. Technisch is-ie in orde bevonden en met alle knoppen in de juiste stand was er weer iets terug van het geluid van de stem van de zanger en de muziek van de Uillian Pipes, de verschillende fluiten, de harp en de banjo, maar de echte betovering schijnt verbroken te zijn. Ik vraag mij af, zou dat dan toch iets te maken hebben met het live aanwezig zijn als er muziek gemaakt wordt? (Voor wie daar nieuwsgierig naar is, het gaat om de CD: The Wild Swans At Coole van de groep Fling. Zij maakten Celtic Music. De groep is helaas ontbonden.)
Een echte filmliefhebber kun je mij niet noemen. Het was al weer twee jaar geleden, dat ik voor het laatst naar de bioscoop ben geweest. Zo af en toe heb ik van die oprispingen en dan denk ik dat ik met de meute mee moet doen, dus gingen we naar de film: "Zwartboek". (Als ik tijd heb zal ik nog een linkje naar die bladzijde van 28 oktober 2006 maken) Als ik wil (en gelukkig wil ik dat niet vaak) zie ik heel veel beelden nog steeds voor me. Het plat branden van de boerderij, het neermaaien van de mensen op de platbodem, het martelen van iemand...Beelden van voor de pauze, want ik heb de film toen niet uitgezien.
En nu dus de lokroep van de film: Bride Flight. Waarom deze film mij aantrok, kan ik niet echt beredeneren. Misschien omdat ik als heel klein meisje zo af en toe een flard van een gesprek tussen mijn moeder en mijn tante opving, dat ging over mensen die naar Australië of Nieuw Zeeland emigreerden. Of over mensen die teleurgesteld met helemaal niets weer terugkwamen. Vraag me niet naar details want die weet ik niet.
Om nu alleen naar de film te gaan trekt mij niet dus heb ik netjes gevraagd of P. mij wilde vergezellen, hoewel ik het vermoeden had dat het niet echt een film van zijn genre was. Dat laatste viel reuze mee. Ook hij vond de film alleszins de moeite waard om deze te bekijken. Het was voor mij echt een film waar ik eens lekker ontspannen naar kon kijken. Dit keer geen enge beelden. Of toch? Zo heel af en toe voelde ik nog een beetje angst. Bijvoorbeeld, toen er in de film ter sprake werd gebracht dat haar hele familie in een Jappenkamp omgekomen was. Het flitste door mij heen: "Oh nee he, dat hoef ik toch alsjeblieft niet als een flashback te zien ?" Kennelijk zit de angst voor die vreselijke beelden nog heel diep in mij....Maar nee, gelukkig was dit niet in het filmverhaal opgenomen en hoefde ik dat niet te zien. En zo staat deze film als een mooie film in mijn geheugen.
Ik kan niet zeggen dat de vakantie voortkabbelt, nee, de tijd schrijdt met rasse schreden voort, terwijl er eigenlijk niets bijzonders gebeurt. Van een andere kant bezien gebeurt er wel weer heel veel. In de eerste plaats is de pijn, beschreven in het vorige log, inmiddels weer verdwenen. Precies zoals het beschreven werd, binnen 36 uur zou de ergste pijn over zijn en dat was ook het geval. Keurig volgens het boekje.
Minder voorspoedig verlopen de aanpassingen in mijn mond. Weet u het nog? Begin juni heb ik zes implantaten in mijn bovenkaak geplaatst gekregen. Daar is verder niets mis mee. Ze zijn alle zes keurig, ook volgens het boekje, vastgegroeid en door de kaakchirurg goed gekeurd. De brug kon gemaakt gaan worden. Er zijn heel veel afspraken met de tandarts gemaakt en als alles volgens plan was verlopen, zou het voor 1 november helemaal klaar zijn. Dit gaat zeker niet lukken. Jammer, want ik zie er echt naar uit om dit project afgerond te hebben.
Ik heb nu al twee maal de uitdrukking gebruikt dat iets keurig volgens het boekje gaat, dus nu maar even iets over het verdere verloop van het uitbrengen van het boek. Hoe het nu met de verkoop van mijn boek gaat kan ik zelf niet helemaal overzien. Zo af en toe krijg ik een berichtje van de uitgeefster. Bij het laatste berichtje was een recensie van Stichting Burnout toegevoegd. Daarin stond onder andere: 'leest gemakkelijk weg"en 'een must voor elke school die met zelfsturende teams aan de slag gaat' en "herkenbaar uit de praktijk van Stichting Burnout waar wekelijks mensen met burnout aankloppen wegens zelfsturende teams.' Verder vond men dat de burnout niet echt uitgebreid beschreven was en dat de lezer wel geïnteresseerd moet zijn in onderwijs. Ook ben ik nog bij een radiostation uitgenodigd. Dinsdag aanstaande word ik bij Omrop Fryslân verwacht.
Woensdag zijn P. en ik weer verder gegaan met herfstvakantie vieren. In april was ik met Vrouwke naar apen heul geweest en mijn wens was om al dat moois ook nog een keer met P. te gaan zien en dat is gelukt. Hoewel wij ook foto's gemaakt hebben verwijs ik toch naar deze site. Het is moeilijk om haar niveau te evenaren. De foto van de papegaai stemt mij enigszins tot tevredenheid, vandaar dat ik deze dan maar plaats.
Het moest toch een leuke week worden, zo was het voornemen en daartoe lagen er verschillende plannen die ten uitvoer gebracht zouden gaan worden. Heerlijk lachen in de schouwburg stond bovenaan de lijst. Paul Haenen is dan wel niet heel spectaculair, maar staat wel voor gedegen gezelligheid wat zich volgens een vast patroon ontvouwt.
De zondag zouden we besteden aan een wandeltocht. Ooit heeft P. eens een box met 25 wandeltochten voor zijn verjaardag gekregen. Altijd handig bij het bepalen waar er gewandeld gaat worden en dit keer viel de keuze op een wandeling rond Norg en Veenhuizen, ongeveer 20 kilometer. Hoewel we vaak in de bossen van Norg zijn geweest, was Veenhuizen helemaal nieuw voor ons. Het is een verbazingwekkende wereld. Als het in een weekend eens slecht weer is gaan we zeker nog een keer terug, maar dan om het museum te bezoeken. De tekst bij de wandeling vertelde ons dat we voor een stuk een alternatieve route moesten nemen omdat het gebied van de Stokkert met Sjors de hond niet toegankelijk is. Helemaal niet erg, want de route die we liepen was ook erg mooi, alleen..... ik zag steeds minder van al het moois. Met elke stap die ik zette nam de stekende pijn in mijn bekken toe. De laatste kilometers was verschrikkelijk afzien en wat was ik blij toen ik eindelijk bij de auto was.
Ik wilde nergens meer koffie drinken, ik wilde zo snel mogelijk naar huis om een pijnstiller te kunnen nemen. Net toen we het dorp uit waren, was er opeens een heel vreemd geluid in de auto. Het leek wel of er een beest onder de motorkap heen en weer liep. Bij nadere inspectie zag P. dat de auto stukken snaar naar buiten spuwde. P. dacht dat de accu het nog wel even vol zou houden zodat we nog wel thuis zouden kunnen komen en dat is ook gelukt.
Vandaag zouden we dochterlief en haar piepmuisje in het pretpark Dolfinarium treffen om daar samen een gezellige dag te hebben. P. was al voor acht uur in de garage om de auto te laten maken, maar de reparatie zou een aantal uren in beslag nemen. Dit deed mij besluiten om niet nog meer pijnstillers te nemen en in plaats daarvan een afspraak met de huisarts te maken. En zo ging, wat het mooiste uitstapje van de week had moeten zijn en waar we ons zo op verheugd hadden, niet door.
De auto is inmiddels weer heel. Ik nog niet, hoewel de pijn inmiddels een stuk verminderd is. Begin april heb ik zo'n zelfde akkefietje gehad. Toen werd er aan een buikspierscheurtje gedacht en de huisarts denkt nu weer in die richting. Nader onderzoek van mijn kant uit levert mijns inziens wat anders op. Hoewel bekkeninstabiliteit meestal bij zwangere vrouwen voorkomt, kan het ook voorkomen bij mensen, mannen en vrouwen die hardlopen of snelwandelen. Nu ben ik wel geen snelwandelaar, maar ons tempo ligt toch behoorlijk hoog en we hebben een heel stuk over onvlak terrein, of anders gezegd, door weilanden moeten lopen. Als ik onderstaande klachten lees, dan kan ik het niet beter verwoorden. Het stemt mij wel hoopvol dat de klachten na 36 uur verdwenen zullen zijn.
Klachten bij bekkeninstabiliteit zijn vage tot stekende pijn in de schaamstreek, lies en
in de onderrug tussen heiligbeen en darmbeenderen. De pijn kan uitstralen van de
onderrug naar één of beide billen en benen. Ook spierklachten rond het bekken
kunnen optreden omdat de spieren en banden extra inspanning moeten leveren om
het bekken te stabiliseren. Liggen is prettiger dan zitten. De duursporter ervaart
eerder vermoeidheid in de bekken regio. Er kan zelfs weerstand ontstaan om te gaan
sporten. Typisch bij bekkeninstabiliteit is het wisselend klachtenpatroon. En beweging
die vandaag geen problemen geeft kan volgende week wel klachten geven en
omgekeerd
Hardlopers met overmatige bekkenkanteling en -draaiing en onvoldoende kracht in de
omliggende spiergroepen kunnen klachten krijgen. Ook snelwandelaars lopen een
verhoogd risico. Dit komt omdat bij hun loopbeweging het bekken sterk wordt
gedraaid. De klachten kunnen optreden als er een aantal kilometers is gelopen. De
grens is individueel en wordt bepaald door de belasting (o.a. snelheid en ondergrond)
en belastbaarheid (getraindheid). Normaal gesproken zijn de klachten binnen 36 uur
na de training geheel verdwenen. Mocht dit niet het geval zijn dan moeten
aanvullende maatregelen getroffen worden.
|
herfst, herfst wat heb je te koop
duizenden bladeren op een hoop
zakken vol met wind
ja mijn kind
â??k denk niet dat jij dat aardig vindt
|
|
Zelf heb ik als kleuter dit liedje niet gezongen, om de doodeenvoudige reden dat ik het toen nog niet kende.Ik heb het van mijn kinderen, of beter gezegd, van dochterlief geleerd. Ik vond (en vind) het prachtig. In een gekke bui begon ik het in later jaren te rappen en daar ben ik door P. heel wat keren mee geplaagd. Ik moest maar eens naar de studio om het op te gaan nemen. Toen dochterlief met dit liedje thuiskwam, bestond het rappen al, dat staat op
deze site al wist ik dat toen nog niet. Ik denk dat ik in de tachtiger jaren pas weet heb gekregen van van de muziekkstijl rappen doordat ik tijdens mijn lessen over jeugdstijlen van mijn leerlingen bijles kreeg over gabbers, rappen, gothics en al wat dies meer zij.
Ik ben altijd zo te hooi en te gras te weten gekomen hoe een bepaalde muziekstijl genoemd werd. Als vijftien- zestienjarige puber was ik helemaal weg van de Four Tops. 'Reach out' (i'll be there) en 'I can'thelp myself vond ik geweldige nummers, maar ik kende in die tijd geen mensen die dat ook mooi vonden. Mijn broer vond het maar niets en mijn vriendinnen van toen hoorde ik daar ook nooit over. Maar op zaterdagmorgen was ik alleen. Ik deed dan bij een ouder echtpaar de huishoudelijke werkzaamheden terwijl zij op hun beurt hun zoon in de slagerij hielpen. Hun advies was om de radio aan te zetten, dan was het niet zo stil voor mij en op de éénof andere manier kwam deze soort muziek dan voorbij. Pas veel later kreeg ik er weet van dat dit soul was en dat dit tot het bekende Mototown geluid behoorde. Vanmorgen las ik dat de zanger van de Four Tops, Levi Stubbs, gisteren op 72-jarige leeftijd is overleden.
Ik heb eindelijk even tijd om op adem te komen en in mijn ziel te kijken. Het is herfstvakantie, vandaar ook mijn aanhef, maar dwars tegen de plannen die er lagen in, zijn we er niet een paar dagen op uit getrokken. Ik kon de noodzakelijke voorbereidingen even niet rondkrijgen. We zijn de komende week dus geheel onverwacht en voor ons doen, heel ongewoon, thuis. We gaan het lekker rustig aan doen, maar daarnaast trekken we er ook lekker op uit. De herfst(vakantie) zal zeker niet onopgemerkt aan mij voorbij gaan. De herfst zit even in mijn ziel. De herfst gaat beleefd worden, hoe dan ook.
Eindelijk, zelf heb ik het altijd wel geweten, maar volgens mij twijfelden vele anderen eraan, maar ik ben toch echt heel trendy. Misschien ben ik nog wel een graadje erger dan dat en mag ik mij wel een trendsetter noemen. Ik koop al jaren kleding voor mijzelf waarvan ik denk dat het wel een aantal jaren mee kan. Het is misschien wel iets duurder, maar op den duur is het goedkoper. Een voorbeeld. Jaren geleden, het moeten er meer dan vijftien zijn, kocht ik een donkerbruine winterjas van teddy. Hij was voor die tijd erg duur. Zes honderd gulden was toen niet nix. Maar ik heb hem nog en ik draag hem nog ieder jaar als het hard vriest of als er zo'n snerpende koude wind staat die dwars door alles heen gaat. Hij is heerlijk warm en ziet er nog heel goed uit. Ik draag ook een rok, die ik zelf nog steeds erg mooi vind, inmiddels al voor het vierde jaar. Jasjes en colbertjes zijn aan mij ook goed besteed. Ik draag ze jaren en jaren.
Met broeken gaat het wat minder goed, die worden namelijk sleets en raken uit model.
Koopjes koop ik niet zoveel; ik koop per seizoen een paar dingen van hopenlijk goede kwaliteit, die dan weer jaren mee kunnen. Van leerlingen hoor ik dat ik voor mijn leeftijd goed gekleed ga. Met een paar accentjes, een riempje hier, een sjaaltje daar, slaag ik er telkenmale weer in om er toch up to date uit te zien, zonder hier kapitalen voor uit te hoeven geven. Ik verkondig al jaren dat deze manier van kleding kopen, een dure aanschaf waarbij ik let op kwaliteit, uiteindelijk toch veel goedkoper is, dan steeds maar weer de nieuwste modesnufjes aan te willen schaffen die meestal niet duurzaam zijn. En nu heeft de modewereld dit ook ontdekt. Deze week is het de week van de duurzame mode. Voor wie nieuwsgierig is geworden kan even op deze website kijken. Men wil dit volgend jaar in "het jaar van de jongere" voluit gaan promoten. Ik sta daar wel achter. We zouden net als vroeger onze kleding weer tot de draad toe moeten verslijten.
Soms lukt het gewoon om datgene wat je je voorneemt ook uit te voeren. Omdat ik nu per dag bijna anderhalf uur kwijt ben aan autorijden, had ik bedacht die tijd nuttig maar ook aangenaam te besteden met het beluisteren van boekenboeken. En echt, dit bevalt me uitstekend. Ik ben begonnen met een boek van Renate Dorrestein Het was heel prettig naar haar te luisteren, zij maakte ook het bruggetje naar mijn nieuwe opleiding, omdat het verhaal nogal een inkijkje in de verzorgingswereld geeft. Het boek Waarom het leven sneller gaat als je ouder wordt boeide mij op den duur niet zo, dit gold ook voor het boek over mevrouw Gigengack geschreven door Nelleke Noordenvliet. Ik had nog nooit een boek over Harry Potter gelezen, maar ik heb er in de auto van genoten. Heerlijk, ik zag het verhaal in mijn verbeelding helemaal gebeuren. En nu heb ik bijna het boek de harbewaakster van Ellen van Rijne afgeluisterd. En dat is spannend. Voor het eerst liep ik er tegen aan dat ik snel even wilde weten hoe het verder ging, maar dat gaat niet zo makkelijk met luister CD's. Je kunt niet even bladeren.... Of toch? Ja ik was zo nieuwsgierig, ik heb even het laatste nummer aangezet om in ieder geval iets van het eind te horen. Dat hele kleine beetje bevredigde mijn nieuwsgierigheid net voldoende om de rest van de nummers toch maar in chonologische volgorde af te luisteren.Ik vermaak me dus prima als ik onderweg ben en op deze manier kan ik er wel vrede mee krijgen dat ik nu een stukje moet rijden.
Deze week was er veel nieuws. Fortis, ABN AMRO en de Icesave uit IJsland eisten vooral de aandacht op met Wouter Bos en Nout Welling als hoofdrolspelers. Niet dat ik het nu heel erg goed gevolgd heb, neu, ik heb niet zoveel geld, maar door het omvallen van banken, ik had deze kreet nog niet eerder gehoord, kan dit wel grote gevolgen voor de toekomst hebben. Dat snap ik, maar ik wil er niet zoveel energie in stoppen om alles te begrijpen, omdat ik uit het verleden geleerd heb, dat over tien jaar zal blijken dat het toch net weer even iets anders in elkaar zat dan ons nu voorgehouden wordt.
Nee, dan het nieuws over de twee mensen in Engeland, die al wekenlang met elkaar chatten en er dan achterkomen dat ze bij elkaar in de straat wonen. Eerst hoor ik dat het belangrijk genoeg gevonden wordt om het 's morgens in het acht uur nieuwsbulletin te vermelden en tot mijn verbazing lees ik het 's avonds ook nog een keer in de krant. Tjonge jonge, wat een wereldschokkend nieuws.
Het debat van Obama en zijn tegenstander McCain was ook al niet echt schokkend. Het haalde niet eens de voorpagina. Voor mij was het nieuws dat de zaak tegen Lucie B. over gedaan gaat worden wel schokkend. Ik juich het toe. Stel je voor dat deze vrouw toch onschuldig is. Ik sluit het niet uit. Over de filevrije dag wil ik het niet hebben, maar het feit dat de krant vermeldt dat het Bartjens Rekendictee vanaf vandaag gisteren op de website staat stemt mij vrolijk. Morgen ga ik dat dictee zeker maken. Dus als ik bij niemand langs kom ben ik druk bezig. Er wordt als voorproefje één som in de krant genoemd: ,,een boer brengt vijftig vogels naar de markt, ganzen, hennen, eenden, teilingen en kieviten. Hij vangt er vijf gulden voor. Hoeveel vogels van elke soort heeft hij verkocht als ze respectievelijk twaalf, acht, vijf, twee en één stuiver(s) moeten opbrengen?" Voor meer sommen verwijs ik naar www.lc.nl/rekendictee
Het is weer terug. Net nu ik denk dat alle spanning en sensatie voorbij is, moet ik wel toegeven dat de psoriasis in mijn handen in heel lichte mate weer terug is. Een paar weken geleden dacht ik al een paar schilfertjes te zien, maar ik kon er mijn ogen toen nog voor sluiten. Ik wilde het niet zien. Net zoals ik het in 2002 niet wilde zien. Ik weet nog dat ik met een vriendin in de herfstvakantie een week naar Malta ging en dat ik toen dacht dat het wel over zou zijn als ik terug was.
Het ging pas over toen ik in 2005 in het tijdschrift PLUS een advertentie over SkinSolv balsem las. We vierden ons vijfentwintigjarig jubileum op het eiland La Palmas en ter ere van de veraangenaming had ik voor een ieder een tijdschrift gekocht. Weer thuis gekomen ben ik met spoed naar de drogist gegaan om deze balsem te kopen. Het was niet goedkoop en het moest besteld worden. En zie daar. Na een aantal weken waren mijn handen zo goed als genezen. Ik volstond met dagelijks één maal mijn handen met deze balsem in te wrijven, maar het was ook geen probleem als ik het eens een dagje vergat.
De laatste keer dat ik deze balsem aanschafte, dat was deze zomer, kreeg ik te horen dat dit middel weer uit de handel genomen werd. In de winkel waren nog twee flaconnen. Eén moest ik betalen en de ander mocht ik er gratis bij meenemen. Ik maakte me nog niet echt zorgen voor als ze beide leeg waren, want ik doe wel bijna een jaar met een flacon. En nu helpt het dus opeens niet meer.
Misschien dat ik daarom weer oog heb gekregen voor artikelen over deze kwaal. Er zou nu toch een adekwaat middel tegen de ziekte bestaan. Psorinovo heet het en het zijn tabletten, want in het artikel staat te lezen dat het geslikt wordt. Het schijnt heel vaak goed te werken. Probleem is alleen dat het niet wetenschappelijk is bewezen. Daarom schrijven artsen het niet voor. Natuurartsen schrijven het na een bloedonderzoek wel voor. Belangrijk bestanddeel van Psorinovo is fumaarzuur. Voor wie meer over dit geeesmiddel wil weten moet even op deze site kijken, want er is zelfs een vereniging Psorinovo opgericht. Zelf hoop ik dat ik er met behulp van de SkinSolv weer in slaag om de plekjes terug te dringen. Dertig euro voor een flacon waar ik bijna een jaar mee kan doen is toch aanmerkelijk goedkoper dan een tabletje van 50 cent, waarvan er dan 3 als onderhoudsdosis per dag genomen moeten worden. Dat zou dan toch 30 maal 1,50 en dat is 45 euro per maand gaan kosten. Ik weet wel, ik heb ook jaren gerookt en dat was veel en veel duurder, dus als het moet zal ik het wel gaan doen, maar liever niet.
Mijn eerste jaars leerlingen moeten het ook gaan doen, de maatschappelijke stage. Eerlijk gezegd was het door alle nieuwe dingsigheden die een verandering van opleiding en werkplek nu eenmaal met zich meebrengen, een beetje bij mij langs gegaan. Totdat er in het team de afspraak gemaakt wordt dat iedere Studie Loopbaan Begeleider, afgekort de SLB'er en tot voor kort, zeg maar de mentor, en daarvoor aangeduid als de klassendocent, in haar groep moet inventariseren wie er al bezig is met het vervullen van de maatschappelijke stage.
Boem, dit kwam echt aan. Tegelijkertijd wist ik: "Nu moet ik me toch echt eens gaan oriënteren. Al gaat dit onder de docent LLLB Leren, levensloop, Levensbeschouwing en Burgerschap (voorheen het domein maatschappijleer en/of godsdienst)vallen, als begeleider van een groep leerlingen moet ik zelf toch wel op de hoogte zijn.
Ergens kriebelt er wat verzet in mij tegen dit hele gedoe. Waarom is dit niet veel meer in de publiciteit? En als ik er een opmerking tegen mijn meerdere over maak in de trant dat er wellicht met behulp van wat SIREreclame enige bekendheid aan dit fenomeem gegeven mag worden, zodat veel meer mensen hiervan op de hoogte gebracht worden, is het antwoord: "Wat let je? Ga er mee aan de slag". Of dit een beetje ironisch bedoeld was weet ik niet, maar groot was mijn verbazing toen ik een paar dagen later inderdaad een tvspotje hierover voorbij zag komen. Er is dus al wel iets.
Zelf ben ik via google het internet maar weer eens opgeklommen en dan is er daar al wel het één en ander over te vinden. Ook heb ik kunnen navlooien dat onze schoolorganisatie niet bij de pilotscholen genoemd wordt. We doen dus kennelijk niet officieel mee, maar dobberen op min of meer eigen voorwaarden zachtkens mee. Dit betekent dat ik in een volgende teamvergadering wel enige vragen ga stellen. Voor de ook niet weters onder ons is dit de link waar je veel en meer te weten kunt komen. Er is namelijk ook nogal wat overheidsgeld meegemoeid, en dat geld komt via de belasting van ons allen. Een ieder heeft er dus ook recht op om te weten wat er in de komende jaren gebeuren gaat. Ben ik benieuwd of u als lezer van dit alles al op de hoogte was.
Als na het bal de gasten, vrolijk zijn heen gegaan....... Heel lang geleden hoorde ik mijn nichtje dit zingen, daags na een feestje. Gisteren, bij het zien van al die bloemen, schoot dat liedje opeens door mij heen. Merkwaardig hoe iets heel ouds opeens in je gedachten kan komen. Misschien kwam ik dit wel op het spoor, omdat ik deze week en passant in een nieuwsberichtje hoorde dat Mia Smelt, de presentatrice van "Moeders Wil Is Wet" op tweeënnegentig jarige leeftijd is overleden. Haar stem, de tune van dat programma, ik kan het me nog heel goed herinneren en als ik mij terugplaats in die tijd dan kan ik het nog horen. Heel even ben ik dan weer dat kind van zes of zeven jaar die bij haar moeder in de kamer speelde, terwijl de radio aanstond. Distributieradio wel te verstaan. Dat was een zwart apparaat, in doorsnee zo groot als een mixer ongeveer, dit zat tegen de wand geschroefd met daarop een draaiknop met de standen 1,2,3 en 4 en met een buitenste ring daaromheen kon er iets aan de geluidssterkte geregeld worden.
Het programma heeft van 1949 tot 1974 bestaan, maar later, toen ik getrouwd was, en in die paar jaar dat ik "slechts" huisvrouw was toen de kinderen nog heel klein waren, vond ik het programma maar niets. Ik luisterde toen veel liever naar de meer feministisch getinte programma's zoals Hoor Haar van Hanneke Groenteman. Van daaruit haalde ik veel meer de inspiratie om mij zelf verder te ontwikkelen en te ontplooien. Thuis "zogenaamd" de broek aan hebben was voor mij niet genoeg. Bij de tandarts las ik in de wachtkamer mijn eerste Opzij en zo ben ik mij op een pad gaan begeven waarbij ik de hobbels, voetangels en klemmen niet altijd heb kunnen ontwijken, maar waardoor ik wel gelukkig ben geworden. Ik ben vroegtijdig bezig gegaan om de bakens te verzetten. Wat nu heel gewoon is, en moeder zijn en een baan hebben, moest in de jaren zeventig nog helemaal ontwikkeld worden, terwijl in de vijftiger jaren het huis het domein van de vrouw was. Daar had zij het voor het zeggen. Zij deed de huishouding, zij bepaalde wat er gegeten en gedronken werd, zij deed de booschappen. Van het geld wat de man binnen bracht. Mia Smelt is niet meer. Zij ruste in vrede.
Hoe het was? Het was fantastisch. Een heel klein beetje vergelijkbaar met toen ik slaagde voor de middelbare school en later toen ik de andere twee waardevolle diploma's heb behaald. Misschien associeer ik dat met de vele bossen bloemen die ik kreeg, want het is voor een heel groot deel ook weer niet echt vergelijkbaar. Toen kwamen er in de weken na het behaalde resultaat mensen zo nu en dan langs, maar voor dit evenement waren er heel gericht mensen uitgenodigd. En bijna iedereen, die uitgenodigd was, was er. Ik voelde mij gedragen door hun aanwezigheid. En velen brachten wat mee. Naast een groot aantal bossen bloemen heb ik ook nog eens een flink aantal flessen wijn gekregen en ook was er nog een aardige verzameling enveloppen met boeken- cq irisbonnen, bonbons en een prachtig schilderijtje. Maar het meest heeft me toch wel de aanwezigheid van iedereen getroffen. Na de inleidende woorden van de uitgeefster heb ik zelf een voordracht gehouden met een uitleg over het ontstaan en over de missie van dit boek en daarna heb ik enkele passages voorgelezen. Toen was het tijd om te signeren. Het was een gezellige drukte maar zelf had ik het te druk om hier aan mee te doen. Gelukkig hadden de meeste mensen geen haast zodat ik later ook nog even aan de feestdrukte mee kon doen. Ik was er getuige van dat een paar van mijn oude collega's in gesprek waren met mijn nieuwe collega's die ook aanwezig waren. Dit was voor mij een gouden moment. Waarom kan ik nog niet beschrijven, ik kan de woorden er nog niet voor vinden. In de komende dagen of weken zal dit heus wel komen, daar ben ik van overtuigd. Uiteindelijk heb ik het pad in het onderwijs ook weer teruggevonden.
En toch hoop ik dat ik het morgen droog kan houden. Hiermee doel ik niet op de grote hoeveelheid regen, wat de laatste dagen naar beneden is komen vallen. Nee ik hoop dat ik mijn tranen in bedwang kan houden. Ik ben nu al ontroerd door de reacties van anderen met het oog op wat er morgen te gebeuren staat: de officiële presentatie van mijn boek. Mijn tante, aan wie ik een exemplaar gegeven had, belde mij vanavond om mij te complimenteren met het boek en om mij voor morgen een hele fijne dag toe te wensen. Ze had het boek in één adem uitgelezen, het was zeer boeiend, maar ook begrijpelijk geweest. De mening van mijn tante, bij wie ik gedurende een jaar tijdens mijn HBStijd mijn boterhammetje tussen de middag opat, wat raakte mij dat. Wat kun je daar blij mee zijn, maar ondertussen stroomden de tranen wel over mijn wangen. Een nicht, een tantezegger zoals ze dat in Friesland noemen, die belt om zich persoonlijk te verontschuldigen niet aanwezig te kunnen zijn, maar het wel erg op prijs stelt een uitnodiging ontvangen te hebben....alweer schiet mijn gemoed vol. Een paar mailtjes van mensen voor wie het door werkzaamheden echt niet mogelijk is om aanwezig te zijn, maar wel zo attent zijn mij een hele fijne dag toe te wensen. En dan alle mensen die hebben laten weten te zullen komen. Gelukkig komt er vanuit mijn schoolorganisatie niet een officiele afgevaardigde, zoals eerst het plan was. Wel word ik nog een keer uitgenodigd voor een gesprek, maar ik bespeur op dit moment niet iets van een aanvallende houding. Al met al vind ik het wel spannend, het is ten slotte voor mij ook een eerste keer. Maar één keer moet een eerste keer zijn en hoe dat is zal ik morgen (vandaag) gaan ervaren
|
|