VREEMD SCHOEISEL

Het was heel erg wennen en het duurde ook wel lang, maar stukje bij beetje komt het gevoel, dat ik het naar mijn zin krijg in mijn nieuwe arbeidssituatie. Ik kan steeds beter onder woorden brengen wat ik wel en wat ik niet als prettig ervaar.
Eén van de leuke dingen is, dat ik weer eens heel andere vakliteratuur onder ogen krijg. Was het bij Welzijn vooral de 'Klik', een (vak)tijdschrift gericht op de gehandicaptenzorg en de vaktijdschriften over Kinderopvang, nu lees ik drie totaal andere bladen met daarin onderwerpen die voor mij helemaal nieuw zijn. Het is heel veel op de oudere mens gericht, althans het is vakliteratuur voor de verzorging. "Denkbeeld" heet een tijdschrift voor de geriatrie te zijn en de inhoud is er dan ook naar. Wat te denken over een artikel met als kop: Haute cuisine voor mensen met dementie.
Maar het allermooiste artikel wat ik sinds tijden in een vakblad las, is toch wel: Langer thuis blijven met behulp van GPS. Hierin wordt beschreven hoe iemand zijn vrijheid weer terug kreeg dankzij dit systeem. 'Ergens naar toe moeten' en 'niet opgesloten willen zijn' zijn herkenbare emoties bij dementie, maar vaak is het niet meer veilig om de beginnend dementerde zijn gang te laten gaan. De weg terug naar huis is voor hen soms moeilijk te vinden en als zo iemand dan lange tijd niet thuiskomt ontstaat er paniek.
Met gebruik van een alarmsysteem met GPS-locatiebepaling lijkt dit probleem voor een deel opgelost. De dwalende persoon is door middel van dit systeem altijd op te sporen. De persoon in kwestie moet wel altijd een apparaatje bij zich hebben. Uiteraard moet er voor gezorgd worden dat de ontvanger opgeladen blijft, maar wanneer de zwervende persoon het huis verlaat kan hij met de computer gevolgd worden. Via Google Maps kan er op straatniveau gezien worden waar hij is. Heel aardig wordt beschreven hoe de vrouw van haar dementerende en daardoor zwervende man met behulp van haar zoon en Windows Vista voor senioren heeft geleerd een laptop te gebruiken en nu met dit systeem kan werken.
Ik vond het uiterst boeiend om dit te lezen. Dat komt natuurlijk ook omdat de onderwerpen helemaal nieuw voor mij zijn, maar wat dit betreft is het wel: Afwisseling van voer doet lezen
Op het gevaar af dat het een zeverig blogje wordt, probeer ik het gebeuren toch in woorden te vatten. Ik kom er steeds meer achter dat pijn in de voet meer omvattender is dan dat ik bij het begin van die ellende had ingeschat. Als ik in het boek 'Elena's vlucht van Susan Smit' over de jicht van mevrouw Valerius lees dan weet ik dat die mevrouw inderdaad met erg veel pijn van doen heeft. Wat dat betreft is er een wereld voor mij open gegaan en ben ik weer heel wat wijzer geworden.
Jicht, pseudo jicht, Norton's neuroma, artrose, tunnelsyndroom, dat allemaal kan er met mijn voet aan de hand zijn. Ik snap nu zelf ook wel dat de huisarts niet zo maar een diagnose kan stellen. Ik weet het ook niet meer. Gelukkig heb ik gelezen dat bij diverse van de genoemde kwalen de pijn te zijner tijd vanzelf ook weer schijnt te verdwijnen. Dat ervaar ik zelf ook, want de pijn is aardig aan het verminderen, maar van wat mij zaterdag overkwam sta ik nog steeds versteld.
Ik zat heerlijk in het zonnetje naar een tenniswedstrijd te kijken. Mia kwam naast mij zitten en vroeg zo terloops hoe het met mijn voet ging. Ik wees haar aan waar de pijn voornamelijk had gezeten. Ze plaatste mijn voet op haar been, voelde even met haar vingers. Ze zei een knoopje te voelen, legdde haar hand op de zere plek en ineens voelde ik weer de hele heftige pijn die ik gehad had. Het was alsof zij het met haar hand naar boven haalde. Ineens voelde ik de hevige pijn weer die ik tijdens de vakantie gehad had en ik begon spontaan te huilen. De tranen liepen me over de wangen. Mia doet iets met Reiki, maar daar had ik op dat moment even helemaal niet aan gedacht. Mia schrok zelf ook van mijn reactie.
De verdere dag heb ik geen pijn meer gevoeld aan mijn voet. Ik heb zelfs mijn rondje weer gelopen. Ik weet niet wat ik er mee aan moet. Naar Mia toe gaan en haar om een verdere behandeling vragen en haar daarvoor betalen? Dat laatste vind ik namelijk een vervelend punt. Ik begrijp niet dat als iemand bijzondere gaven schijnt te hebben, men zich daarvoor laat betalen. Misschien moet ik er niet zo'n punt van maken en onder het mom van baat het niet, het schaadt ook niet, over dit punt heen stappen. Ik weet het nog niet. Ik ben er nog niet uit. Het blijft wat zweverig.
Ik hoef zeker niet elk jaar naar de uitvoering van de Mattheüs Passion, maar wanneer het zo uitkomt en een koor in het naburig stadje het muziekwerk ten gehore brengt, wil ik er nog wel eens heen gaan. Zo ook gisteravond. Met mijn vader. Zelf heeft hij heel lang in een koor gezongen, maar de Mattheüs Passion had hij nog nooit uitgevoerd gezien. Vorig jaar belde mijn broer hierover. Hij was er achter gekomen dat dit nog stille een wens van mijn was. Het was een week voor Pasen toen ik dti hoorde en ik kon het toen echt niet meer regelen. In mei hoorde ik dat het koor bezig ging met het repeteren van dit stuk.....
Het koor telt meer dan honderd leden en samen zorgen ze voor een prachtig geluid. Onwaarschijnlijk mooi wat die mensen met zijn allen kunnen laten horen. Ik ben altijd wer verbaasd als de koorleden achter elkaar één voor één achter binnenkomen en naar hun plaats lopen. Velen van de koorleden ken ik en in de dagelijkse omgang met hen valt het mij nooit op dat zij over een dergelijk mooi stemgeluid beschikken. Maar als ze dan allemaal samen gaan zingen, dan streelt het mijn oren.
Om het muziekstuk goed uit te kunnen voeren wordt er een klein orkest gevraagd om te spelen en worden er verschillende solisten in gezet. Dit alles schijnt vrij kostbaar te zijn want het is nog maar de vraag of dit ooit weer gedaan kan worden. De prijzen van orkest en solisten rijzen de pan uit. Ik zou het jammer vinden als dit soort uitvoeringen, amateurs en professionals samen, niet meer zouden kunnen.
Naast de ontwikkeling van de te grote kosten is er ook een nieuwe ontwikkeling in aantocht. Er is aan een aatal popsterren gevraag om hun mederking aan de Mattheüs Passion te verlenen. Jim Bakkem. Carola Smit, Hind, Peter Lusse en Rob de Nijs zijn druk bezig om één nummer uit dit stuk onder de knie te krijgen. De eerste uitzending hiervan is net vanavond geweest. Hoewel ik niet echt een fan van de EO ben, heb ik dit met plezier zitten kijken en ik zal het zeker blijven volgen tot de uiteindelijke opvoering.
Het mooie van het leven is, dat het loopt zoals het gaat. Ruim vijf weken loop ik al met pijn in mijn rechtervoet rond. Met drie maal daags 2 paracetamoltabletjes kan ik mij aardig staande houden en een groot deel van mijn dagelijkse verplichtingen, jazeker, ook mijn werk, nakomen. Echt uitzicht op verbetering is er voorlopig nog niet. De orthopeed heeft opdracht gegeven om een scan van de voet te laten maken, maar dat duurt ook weer twee weken voor ik daar terecht kan. Ik heb maar een paar nieuwe schoenen gekocht, waarvan ik denk dat ze een goed voetbed hebben en lekker zitten. En verder ga ik dus maar gewoon door. Alles went en dat geldt voor meerdere dingen.
Was het een tijdlang hot om een vrouw aan het roer van een regering te hebben zoals bondskanselier Angela Merkel, er schijnen nu toch steeds meer geluiden te komen dat men begint te snakken naar een haantje. Het CDU schijnt genoeg te hebben van de vrouwelijke touch en verlangt meer en meer naar stoere taal. Met het begin van de financiële crisis heeft Merkel iets te lang geaarzeld om maatregelen te nemen zoal bijvoorbeeld bij Opel. Geen staatssteun betekent standvastigheid, maar ook tienduizenden ontslagen. Naast de financiële crisis heeft Merkel ook nog met twee andere 'natuurverschijnselen' te maken. Naast de twee horken als George Bush en Vladimir Poetin was Merkel met haar vrouwelijke touch een ster op het internationale toneel, maar Obama Barak lijkt haar ster wat doen te verbleken.
Toen ik gisteravond na de algemene ledenvergadering van onze tennisclub naar huis reed moest ik opeens weer aan dit artikel denken. Ik ben de eerste vrouwelijke voorzitter van de club die meer dan honderd jaar bestaat. Tot nu toe is men altijd heel tevreden over mijn taakopvatting geweest. Eén clublid liet in de pauze aan mij weten, een naam van een goede opvolger voor mij te hebben als ik het voorzitterschap zou willen neerleggen. Een "echte" man met vele capaciteiten zo beweerde hij in stellige overtuiging. Ik heb fijntjes geantwoord, dat ik aannam dit niet persoonlijk op te moeten vatten en dat ik dit jaar nog niet zal aftreden omdat ik volgens de statuten nog een jaar te gaan heb.
Al rijdend naar huis trok ik de conclusie, dat het voor een aantal mannen toch moeilijk blijkt te zijn om het stuur aan een vrouw over te laten. Ik kan dat niet anders zien dan "haantjesgedrag". Gelukkig zijn niet alle mannen zo. Na afloop hebben verscheidene mannen mij de hand gedrukt en mij gecomplimenteerd met het goede verloop van de vergadering en voor het vele werk wat er het afgelopen jaar weer door het bestuur verzet is. Het gaat goed zoals het loopt en dat houden we nog een jaar zo.
Hoe een mens zo opeens aan haar of zijn gedachten komt is niet altijd duidelijk. Er zal heus wel ergens een trigger zijn en met een beetje pluizen is een gedachtengang misschien ook nog wel een beetje na te gaan, maar het echt verklaren is lang niet altijd mogelijk. Honderden keren rijd ik langs het asielzoekerscentrum, zonder er ooit een gedachte aan te wijden. Een paar dagen geleden reed ik er langs en toen schoot het opeens door mijn hoofd dat er de laatste tijd, nu de crisis hot item is, heel weinig over asielzoekers in het nieuws is. Niets over aantallen, niets over het verloop, niets over het beleid.
Omdat ik een beetje nieuwsgierig werd ben ik zelf maar eens op zoek gegaan. En dan blijkt uit harde cijfers dat de instroom nog in volle gang is, dat er in 2008 juist weer een forse toename van asielzoekers is geweest, maar dat er vorig jaar ook een hele forse uitstroom is geweest. Er zijn 14.632 asielzoekers in ons land aangekomen, dat zijn er ruim 5.500 meer dan in het jaar daarvoor, maar er zijn ook 16.120 mensen weer vertrokken. Voor wie er nieuwsgierig is naar de overige cijfers klikt hier. Kennelijk zijn we het met zijn allen zo gewoon gaan vinden, dat het op geen enkele wijze meer in het nieuws komt. En hoe zou het in politiek Den Haag zijn? Heeft men daar de belangstelling ook verloren of zou men vinden dat alles nu goed geregeld is?
Stil. Het is even een beetje stil. En over een niet al te lange tijd is het voorgoed stil. Nee niet schrikken, of voor degenen die het van de andere kant bekijken en nu opgelucht ademhalen, nogmaals nee, ik houd er niet mee op. Althans ik niet, maar mijn computer wel. Deze tenminste. Geruime tijd staat er al een nieuwe op mij te wachten. Misschien al wel drie weken. Ik heb het even stil gehouden, maar vandaag zijn we er even mee bezig geweest en mag iedereen het weten,
In de twee weken dat ik met mijn pijnlijke voet thuis op de bank zat, (het gaat overigens ietsje beter; per dag lijkt het aantal monenten dat ik geen pijn meer voel zich uit te breiden) had ik natuurlijk tijd genoeg om elk blaadje en foldertje aan een diepgaand onderzoek te onderwerpen. Zo bleef ik wel in verbinding met de buitenwereld staan en nam ik kennis van de éne aanbieding na de andere waaronder een mooi aanbod van Lidl. Een nieuwe computer voor nog geen 400 euro. Daar mijn computer erg luidruchtig en heel erg traag is, trok deze advertentie natuurlijk mijn aandacht en ik liet hem aan P. zien
Hij werd op zijn beurt ook weer enthousiast en was bereid om op de dag waarop de aanbieding geldig zou zijn, een maandag dus, bij de winkel te gaan kijken om te zien of hij een kans maakte, nadat hij zaterdags geïnformeerd had òf er computers kwamen, hoeveel en hoe laat. Hij ging die bewuste maandagmorgen vroeg op pad. Nee, niet midden in de nacht, gewoon iets voor achten. Hij bleek de tweede belangstellende zijn. Om half negen ging de deur open en toen bleken er precies twee computers aanwezig te zijn. De rij was wel wat aangegroeid, maar het waren allemaal nette mensen, want hoewel men en masse naar binnen stormde, corrigeerde men elkaar. Hij daar was één en die man met de pet, P dus, was nummer twee. Hoera, P. kon beslag leggen op een pc. Niet iedereen achter hem was teleurgesteld, want er waren ook wat mensen gekomen voor de laptops en beeldschermen...
Omdat ik dit keer betrokken wil zijn met het installeren van allles en nog wat, zal het nog wel even duren voor het ding helemaal operationeel is, maar vandaag hebben we een begin gemaakt. En stil dat-ie is..... Je hoort niets, geen fluitende toon, geen gegrom, geen gegorgel, helemaal niets! En snel, ik krijg per dag uren meer te besteden omdat ik het oude lijk niet meer hoef te begeleiden. O ja, ga me nu niet vragen wat de computer nu allemaal kan en hoe groot het vermogen is enzv enzv. Ik vergelijk het met een auto. Ik rijd auto maar ook daarvan weet ik niet hoog de acceleratie is, de trekkracht en andere prietpraat. Een auto heeft vier wielen, gas een rem en een stuur en ik ben in staat om dat ding te besturen.
Zo zie ik ook een computer, het heeft een aan- en uitknop, een scherm een muis en een toetsenbord, daar kan ik mee omgaan en verder hoef ik niet van alle ins en outs op de hoogte te zijn. Maar net zoals in een garage, zo af en toe wil ik, als het zo uit komt wel eens met de monteur meekijken naar wat er allemaal onder die motorkap zit. Zo wil ik nu een heel klein beetje begrijpen, wat er allemaal gebeuren moet om zo'n klein kastje, wat toegang geeft tot de wijde wereld, aan de praat te krijgen
Vanmorgen wist ik al heel vroeg wat ik vandaag wilde schrijven. Rond half acht maakte Radio 2 het nieuws wereldkundig. Direct na het horen van dit bericht ben ik naar buiten gegaan om de bijbehorende foto's te maken. In Leeuwarden komt er een opruimverplichting voor paardenpoep. Ruiters moeten de uitwerpselen van hun paard voortaan opvegen en meenemen. Burgermeester en wethouders willen deze regel invoeren op verzoek van hondeneigenaren. Die vinden het niet eerlijk dat hun huisdier niet op straat mag poepen, terwijl de veel grotere paardenhopen wel blijven liggen. Dat hondeneigenaren het niet eerlijk vinden, vind ik geen argument. Ik vond en ik vind het ook vies als honden overal maar hun drol achterlaten. Sjors mag niet eerder zijn behoefte doen, dan dat wij de bebouwde kom uit zijn en wij bij de bermen grenzend aan de weilanden zijn gekomen. Sommige dorpsgenoten willen ons hondenbezitters laten geloven, dat het op dat straatje naar hondenpoep zou stinken. En de keutels van de schapen en de koeienflatsen dan, die nog geen 5 meter verderop in de weilanden liggen, denk ik dan. En echt, ik laat Sjors heus niet direct voor één van de huizen, die aan dat doodlopende straatje staan, poepen. Er is ruimte genoeg. Maar men, of in ieder geval één bewoner, maakt er geen geheim van niet zo op honden gesteld te zijn. Een ieder heeft zo zijn voorkeur, zo heb ik niet zoveel met paarden. En al helemaal niet als ze door mijn straat komen en voor ons huis hun poep laten vallen. Het kan bijna niet anders dan dat ik met de grote auto (niet in beeld) door de poep moet rijden om bij de garage te kunnen komen. Het gevolg is dat de auto buiten op de oprit blijft staan en niet naar binnen wordt gereden. Het is geen doen om de auto met stinkende banden in de garage te hebben. Dat kan wel een paar weken duren, want paardenpoep is niet zomaar weg. Dat wat op de foto's te zien is ligt er ook al meer dan een week. Als ik daar eens een opmerking tegen deze of gene over maak, krijg ik te horen: 'dat hoort een beetje bij het leven op het platte land.' Ja dáàg. Ik vind het echt vies en ik meen toch echt te mogen stellen dat mede doordat er bijna geen paardenpoep meer op de straten ligt er ook heel veel vieze ziektes zijn verdwenen. Wat mij betreft mag elke gemeente deze opruimverplichting invoeren, maar dan niet met het argument dat hondenbezitters het niet eerlijk vinden. Nee, het is gewoon smerig en ik vind het echt niet normaal om wekenlang deze shit voor mijn huis te hebben. Door op de foto's te klikken wordt de smerigheid vergroot.
Het was alsof ik weer oude schoenen aantrok. Al bijna drie weken ben ik niet in staat om iets aan sport te doen. Een beetje rondfietsen en dat is het dan. Maar gisteren, al rijdend door het land kreeg ik opeens een brainwave. Ooit is zwemmen mijn sport geweest. Als kind heb ik mij dat zelf aangeleerd. Toen ik dacht dat ik kon zwemmen heb ik mij aangemeld bij de Watervriendjes, een zwemclubje van het sportfondsenbad Apeldoorn, laat op de zaterdagmiddag. Als bewijs dat ik kon zwemmen moest ik één keer het diepe bassin overzwemmen en toen kreeg ik mijn W, als teken dat ik zwemvaardig was en in het diepe mocht zwemmen. In de loop der tijd heb ik met het schoolzwemmen de diploma"s A en B gehaald. Heel lang heb ik gedacht dat dit de enige tak van sport was die bij mij paste...Volleybal, hockey, atletiek, turnen, het was allemaal niets voor mij. Op grond hiervan kreeg ik het stempel dat ik niet zo sportief aangelegd was
Als volwassene ben ik altijd wekelijks blijven zwemmen. Maar toen ik midden dertig was, heb ik ontdekt dat lange afstand lopen ook wel bij mij paste. Veertig, vijftig kilometer wandelen, heerlijk vond ik het. Zeven maal de Nijmeegse Vierdaagse is hier toch wel een goede getuigenis van. In die tijd bleek dat zwemmen en wandelen niet zo bij elkaar paste. Van zwemmen worden de voeten week, terwijl je voor het wandelen juist geharde voeten moet hebben. Ik heb het zwemmen opgegeven en vervolgens vele kilometers rondgestapt. Op een gegeven moment is het tennissen er ook nog bij gekomen. Hoezo niet sportief?
Maar nu is van dit alles even niets mogelijk en zoals ik dit blogje al begon, ik mis na drie weken het actief bezig zijn enorm. Vanmorgen heb ik de stoute schoenen maar eens aangetrokken en ben ik na jaren naar het zwembad getogen. Ik vond het heerlijk om mij lichamelijk weer lekker te kunnen inspannen. Ik heb baantje na baantje gezwommen en mij ondertussen heel erg verwonderd. Het was druk in het zwembad. Heel veel vijftigers, zestigers en zeventigers. Dat had ik niet verwacht. Over mijn figuur hoef ik niet in te zitten. Echt dik ben ik niet, nee ik voel me zelfs wel slank tussen die vele gezette mensen. Al is het dan uit de nood geboren, ik ben blij weer (tijdelijk?) terug te zijn bij dat wat eens het begin is geweest van mijn sportloopbaan.
Hoe ver kun je gaan? Heel ver. Omdat onze linnenkast van ellende bijna uit elkaar valt, is het de hoogste tijd om eens naar een andere kast om te gaan kijken. Eerst hebben we onderzoch of we gebruik konden maken van de diensten van een Hubozaak die adverteerde met schuifpanelen en ingebouwde kasten, maar dat zou ons een vermogen gaan kosten.
Daarna ben ik mij maar eens via de computer gaan oriënteren en zo kwam ik bij BETER MEUBEL terecht. De prospectus had ik na een paar dagen in huis en eerlijk is eerlijk, ze hadden kasten te kust en te keur. Ik had er al bijna één besteld totdat P. te kennen gaf, dat hij de waar waaraan toch ook nog een behoorlijk prijskaartje hangt, toch eerst wel eens met eigen ogen wilde zien. Er was maar één bezwaar, het was nogal een eind rijden. Baarle Nassau ligt vanuit ons gezien nu niet direct naast de deur. Het is tenslotte een stukje België.
Daar ik toch nog niet zo goed uit de voeten kan, leek het mij wel aardig om op zo'n manier toch gezellig een dagje weg te gaan. En het was leuk. Het weer was goed, het was lekker helder waardoor er mooie uitzichten over de landerijen waren. In Baarle Nassau zelf was het erg druk. Het leek wel of men van heinde en verre gekomen was om daar op zondagmiddag te winkelen. In de meubeltoonzaal zelf zal het gezien het grote aantal auto's ook wel druk zijn geweest, maar door de grootte van de winkel viel dat niet zo op.
We hebben de kast die ik min of meer al uitgekozen had aanschouwd en besloten dat het die moest worden. Toch was het goed dat we er heen gereden zijn, want nu werden we geinformeerd dat de voorwand toch spiegelglas kan zijn en ook met de eigenlijke kastindeling kon ik nu een iegen keuze maken.
Terwijl we weer naar huis reden werden er nogal wat nummers op de radio ten gehore gebracht die te maken hadden met de internationale vrouwendag. Ik heb het dit jaar als vrouw alleen met mijn man gevierd. Maar wel internationaal, dat dan weer wel.
Eigenlijk had ik hem niet verwacht. Afgelopen weekend zou hij na lange tijd (nog) een keer naar zijn vriendin. Hij vond zichzelf voldoende opgeknapt om de reis vanuit het noorden naar de Betuwe weer een keer te ondernemen. Ik had hem vorige week vrijdag nog even zullen bellen, maar door de perikelen rond mijn voet laat ik het zo af en toe en hier en daar wel eens wat afweten. Niet omdat ik het fysiek niet op kan brengen, maar meer omdat er even geen ruimte is in mijn hoofd. Er was dus geen contact meer geweest over het wel of niet komen deze week en ik had mij voorgenomen om één dezer dagen te bellen en voor volgende week weer een afspraak te maken. Maar toen gistermiddag tegen vijf uur de huisbel ging, kort nadat Sjors enthousiast was opgesprongen en van blijdschap was gaan blaffen, wist ik het, hij was gewoon deze week gekomen.
"Had je wel op me gerekend?" vroeg hij hoopvol toen ik de deur openzwaaide. Ik zag nog net de taxi wegrijden. "Niet echt en toch wel een beetje", was mijn antwoord. Met een "kom maar lekker binnen, ik heb eten genoeg in huis", hielp ik mijn vader uit de jas. Hij was die avond daarvoor vrij laat thuis gekomen en had toen niet meer willen bellen en vandaag had hij het meerdere keren geprobeerd maar geen gehoor gekregen. Op het vaste nummer dan, want het 06 nummer heeft nog een te grote drempel voor hem. Hij had de gok maar genomen, het zou vast wel goed zijn dat hij kwam. Eigenlijk was het vorige week al weer de dag geweest. Toen was het al weer 14 dagen geleden dat hij voor het laatst geweest was en we waren nu al weer een week verder....
Op de één of andere manier had ik, ondanks dat we niets afgesproken hadden er toch een beetje rekening mee gehouden dat hij zou komen. Bij het boodschappen doen had ik toch een fles witte port gekocht. Toen ik na de koffie een glaasje port inschonk glunderde hij en zag ik hem bijna denken: 'zie je wel, ze had er toch op gerekend.' Tijdens ons borreluurtje vertelde hij dat het weer erg goed ging met zijn vriendin en dat ze eind maart heel misschien nog wel een keertje bij hem kwam.
Het sneed door mijn ziel. Zo zit het leven van een zevenentachtigjarige dus in elkaar. Je verheugen dat je vriendin, met wie je de laatste tien jaar hebt opgetrokken, nog een keer naar je toe zal komen. Dat is toch wel heel wat anders als de vlinders die je in je buik voelt als je nog geen twintig bent en je je verheugt op binnenkort een weekendje samen... Ik vond het leuk dat hij mij een klein doorkijkje in zijn gedachtenwereld liet zien. Zijn hoopvolle verwachting, dat ze toch nog een keer naar zijn huis zal komen. Dat hij voor haar kennelijk nog de moeite waard is om dat, na een aantal jaren van het gedeeltelijk om gezondheidsredenen af te laten weten, toch nog een keer te willen ondernemen.
We hebben samen gezellig gegeten en het onvermijdelijk ook nog even over het vroeger gehad, maar toen ik hem uitzwaaide toen hij weer met de taxi wegreed, voelde ik mij toch een beetje schuldig. Zoveel moeite was het toch niet gewwest om die man de nodige duidelijkheid te geven over het wel of niet komen. Eigenlijk ben ik wel trots op hem. Ondanks dat hij wel enige twijfel had, heeft hij zich niet laten weerhouden en is gewoon gekomen. Een lesje voor mij. Duidelijkheid verschaffen is toch wel het minste wat ik kan doen.