Ik heb het gedaan, nee gezegd tegen een collectante met een lijst voor een goed doel. U mag het best weten, het kost mij heel veel moeite om nee te zegen. Jarenlang heb ik gesjoemeld. Soms, als ik de moed had, wilde ik ook nog wel eens uitleggen waarom ik niet wilde geven. Of, als het een bekende uit de straat was, gaf ik toch maar, om niet onvriendelijk te willen overkomen.
Een paar weken geleden heb ik het besluit genomen. Ik sta absoluut niet positief tegenover die vele collectes. Het is niet meer van deze tijd. Vaak heb ik weinig contant geld voor handen. Een ander argument is dat er aan het hoofd van veel organisaties gewoon een direkteur aan het roer staat en een vorstelijk salaris verdient. Dan geldt opeens het ideële niet meer, nee dan geldt de harde werkelijkheid, zo'n direkteur draagt een grote verantwoordelijkheid en dient daarvoor betaald te worden....
Daarnaast heb ik gezien dat collectegeld niet altijd nodig is. Een verstandelijk gehandicapte krijgt al sinds jaar en dag via reguliere uitkeringen gewoon geld wat hij of zij naar eigen inzicht besteden kan. In de tachtiger jaren zag ik tijdens diverse stagebezoeken dat bijna iedere verstandelijke gehandicapte een eigen tv, een eigen stereotoren en meer van dit toen als luxe gezien apparaten had. Ik had een redelijk goede baan, maar kon het mijn eigen kinderen niet geven. Ook binnen de instellingen werden van het extra geld peperdure zaken aangeschaft wat vervolgens na één maal gebruit te zijn in de opslag bleef staan omdat het te bewerkelijk was om het regelmatig voor de dag te halen.
Wat ik dan van de collectes vind die bestemd zijn voor ondrzoek naar ziekten? IDat zou ook niet nodig moeten zijn. Als die onderzoeken nuttig en nodig zijn en uitgevoerd dienen te worden, dan moet dat vanuit regeringswege geregeld worden.
Echt collectes zijn niet meer van deze tijd. Vaak wordt de trend van de VS gevolgd, laat dit in deze kwestie dan ook maar gebeuren. Daar zijn de collectes helemaal verdwenen, maar de giften aan goede doelen zijn wel fors toegenomen.
Met dezelfde schroom als ik nee tegen de collectant heb gezegd, plaats ik dit blog. Maar na jaren het welles nietes spelletje gespeeld te hebben wil ik er nu echt voor uitkomen. Ik geef niet meer aan collectes. Ook niet een euro omdat het anders zo sneu voor de buurvrouw of andere straatbewoner is. En U? Ik ben heel benieuwd naar de standpunten van de lezers van dit blog.
Veel onnodig gepieker en een wat gedeprimeerd gevoelsleven, dit overigens zonder directe aanleiding, het zal de leeftijd wel zijn, vraagt actie van mij. De beste remedie is dan om naar buiten te gaan en te gaan wandelen. Niet gewoon een blokje om, nee, een flinke wandeltocht en niet eenmalig, maar het liefst wekelijks.
Ik ben de week begonnen met afgelopen maandag achttien kilometer in mijn eigen omgeving rond te stappen en zondag heb ik als sluitstuk weer eens deelgenomen aan een georganiseerde wandeltocht. Dwingelo is een eindje rijden, maar we waren ruim op tijd om in te mogen schrijven op de langste afstand. Na enig overleg met mijzelf en P. hebben we voor deze afstand, de dertig kilometer gekozen. P. had zo iets van: kies jij maar, het is jouw feestje, maar dat maakte het voor mij er niet makkelijker op. Integendeel. Ik had vele bedenkingen.
Ik zal het de lezer besparen om deze hier breed uit te meten, maar het zou een exemplatrisch voorbeeld zijn geweest van mijn piekerneiging. Ik voelde mij dan ook direct aangetrokken tot dit beeld, toen wij dit na enkele kilometers gelopen te hebben in Eemster passeerden. Wessel Bezemer is de beeldhouwer.
Meer foto's zijn er tijdens deze wandeltocht niet gemaakt. Gaandeweg de tocht werd ik mij er weer van bewust, dat een wandeltocht van die omvang toch echt wel onder de term sport mag vallen. Het lopen staat dan centraal. Ooit was ik zo goed getraind, dat een tocht van vijftig kilometer weinig invloed meer op mij had.
Door allerlei drukte en andere keuzes heb ik de laatste jaren niet veel lange afstanden gelopen. Deze middag voelde ik weer allerlei (kleine) ongemakjes zoals prikkelende voeten, plaatselijke stijfheid die horen bij de ongetraindheid, maar ik vond het niet erg. Ik wil toch proberen om weer meer tijd in te ruimen om deze tak van sport te gaan beoefenen. Het geeft mij rust en nadien een heerlijk gevoel. Het schijnt dat er een stofje vrij komt, endorfine, dat invloed heeft op het verkrijgen van een prettig en plezierig gevoel, anders gezegd, een gevoel van welbevinden. En dat is precies wat ik zo nu en dan mis dus....
Tsja, het enige probleem is de tijd. Lange afstand wandelen kost wel zeeën van tijd en die heb ik niet altijd. Toch maar eens zien hoe ik hier een mouw aan kan aanpassen.
Ooit heb ik al wel eens een blogje gewijd aan de het vreemde taalgebruik in de zorg. Het zal al wel weer een jaar of tien geleden zijn dat leerlingen door een vernieuwde onderwijsmethode gedwongen werden om het over 'hun zorgvrager" te hebben in plaats van over een bewoner of een cliënt. Ach, alles went en het klinkt mij al lang niet vreemd meer in de oren.
Dat geldt ook voor de prachtige termen die soms gebezigd worden om aan te duiden dat het om een verstandelijk gehandicapt iemand gaat. In deze tijd worden zij mensen met een beperking, of nog mooier gezegd, mensen met mogelijkheden genoemd....
Een paar dagen geleden las ik in een artikel in de krant, dat Gerrit Komrij voor dit soort taalgebruik al de term kwaakspraak bedacht heeft. Ik vind het een prachtige term, voor al die flauwekulwoorden. Het woord budgethouder schijnt nu op te rukken als vervanger voor het woord zorgvrager.
En wat te denken van het volgende: Een beleidsmedewerker van zorgondernemersorganisatie ActiZ spreekt liever van mensen die het 'einde van hun zorgcarrière hebben bereikt' in plaats van 'op sterven liggen'.
Ik sluit mij aan bij Johan van Hoorde van de Nederlandse Taalunie. Hij noemt het heel ongepast om bij stervende mensen van een carrière te spreken. Het woord carrière associeert met een betere positie krijgen. Naar mijn idee past dit niet bij sterven. Ik zie het leven als het hoogste goed en niet de dood.
klik
Het ene jaar is het andere niet. Soms ben ik er in mijn hoofd heel erg mee bezig, met prinsjesdag, een ander jaar gaat het zo maar aan me voorbij en heb ik er niets mee. Natuurlijk heb ik in de afgelopen dagen het één en ander gehoord over de inhoud van de uitgelekte miljoenennota. Ook ik heb vernomen, dat we er allemaal op achteruit zullen gaan, dus was ik helemaal niet nieuwsgierig naar de troonrede. Nee eerlijk is eerlijk, mijn belangstelling was veel meer gericht op het jaarlijkse schouwspel. Als het even kan wil ik daar wel graag iets van zien.
Dit jaar heb ik het eens groots aangepakt. Dankzij de pas nieuw aangeschafte videorecorder of hoe zo'n ding tegenwoordig ook mag heten, ben ik weer up to date en in staat het hele gebeuren op te nemen om het 's avonds, op een tijdstip dat het mij past, geheel op mijn gemak te kunnen gadeslaan. Ik hoef mij niet meer te behelpen met "uitzending gemist" op het kleine pc schermpje.
Heerlijk, op mijn tijd heb ik de koningin en haar gevolg, eigenlijk is het haar gevolg èn de koningin, want in die volgorde wordt er ingestapt, zien vertrekken. Toen iedereen zich in zijn of haar stoel genesteld had, kon de koningin haar voorleessessie beginnen. Helaas, bij mij is de koningin halverwege in het verhaal blijven steken. De opname houdt op, kort na het noemen van een begrip in een vernieuwende context: bankrente. Het fijne heb ik daar niet helemaal van begrepen. Wat ik wel heb begrepen is, dat het apparaat kennelijk iets anders geprogrammeerd had moeten worden.
Mijn conclusie is, dat ik dit jaar heel veel aan de troonrede zal hebben. Ik heb er van geleerd wat ik fout gedaan heb en daar kan ik in de toekomst mijn voordeel mee doen. Dank u wel majesteit, voor de les. Dank zij uw optreden heb ik voor dit jaar mijn leergeld al betaald.
klik
Het is al weer zover, er is een half jaar voorbij, tijd voor een bezoek aan de tandarts. Ik zit in de mij zo vertrouwde wachtkamer. Naast mij zit een moeder met een peutermeisje. Het meisje draagt al een brilletje en dat maakt haar nu net niet zo heel aantrekkelijk. Ik kijk naar de moeder. Zij kijkt wel heel vertederd naar haar kind wat zo zoet met een legopopje in haar hand zit te spelen. Zou het een schok voor haar zijn geweest toen men ontdekte, dat het zicht van de kleine meid niet helemaal in orde was?
De tandarts komt hen halen. Het kleine meisje stapt parmantig door de gang. Kennelijk valt de tandarts dat ook op want ik hoor hem een opmerking in die trant tegen de moeder maken.
Terwijl ik een tijdschrift doorblader, al een paar jaar niet meer de Opzij, kennelijk is het abonnement opgezegd, komen ze binnen. Een jonge moeder met haar twee kinderen. De baby in de maxi cosi wordt heel handig ontdaan van het mutsje en de bijna kleuter pakt de blokkenkar, waarschijnlijk dezelfde als waar mijn kinderen ook mee gespeeld hebben.
Ik aanschouw het tafereeltje. Wat lijkt deze moeder nog jong. Nog jonger dan diegene die zojuist is vertrokken. Zou ik, toen ik pas moeder was, er in de ogen van anderen ook zo jong hebben uitgezien? Wat lijkt dat lang geleden, de tijd, dat mijn kindjes nog klein waren.
Hier, in deze wachtkamer heeft mijn leven toentertijd een heel andere wending gekregen. Hier was het, dat ik in aanraking kwam met het feminisme. Door, tijdens het wachten, het lezen van een artikel in Opzij, werd ik mij heel langzaam bewust, dat er meer mogelijk was, dan alleen moeder en huisvrouw te zijn. Huisvrouw zijn was voor mij niet genoeg..... Ik wilde meer. Naast het moederschap wilde ik mij ook verder kunnen ontplooien.
Ik schrik op uit mijn gedachten. "Je bent aan de beurt Hanny, kom je?" vraagt Rolf. Wanneer we dat zijn gaan doen weet ik niet meer, maar inmiddels tutoyeren wij elkaar. Wat zijn de moeders tegenwoordig jong", verzucht ik als ik voor hem uit loop. "Ha ha", lacht Rolf. "denk jij dat je anders was toen jij voor het eerst hier kwam met je twee kleintjes?. Mooi niet. Ik zie je nog zo binnenkomen met je lange haren .
"We waren toen samen nog erg jong" is het laatste wat ik kan zeggen, terwijl ik in de stoel ga liggen en ik mijn mond open doe voor de halfjaarlijkse controle.
De dagen krijgen zo langzamerhand weer het vertrouwde ritme en het brengt mij terug in mijn gewone doen. Hierdoor lijkt er ook wat meer ruimte te ontstaan om weer oog te krijgen voor allerlei gebeurtenissen die zich in de grote wereld afspelen. Heel lang is het gedoe rond Griekenland wat langs mij heen gegaan, maar opeens is er de interesse.
Kan een land wel failliet gaan, zo vraag ik mij af, en wat zijn dan de gevolgen? Omdat ik mij er geen voorstelling van kan maken èn al helemaal niet over wat de gevolgen voor de rest van Europa en voor ons land kunnen zijn ben ik bezig gegaan om mij er (een beetje) in te verdiepen. De kranten staan er bol van en op het internet is ook heel wat te vinden.
Het antwoord is ja: een land kan failliet gaan en dat heeft grote gevolgen. Verschillende Europese landen zullen veel geld wat zij in Griekenland hebben uitstaan, niet terugkrijgen, nu niet en in de toekomst niet en dat heeft kwalijke gevolgen. Na het één en ander gelezen te hebben begin ik er een heel klein beetje van te begrijpen, zonder echt verstand te krijgen van wat de wereldhandel nu werkelijk inhoudt.
Dat landen failliet gaan is niet nieuw. Ruim tien jaar geleden is Argentinië ook failliet gegaan. Ik kan mij er niets meer van herinneren. Zo vluchtig is dit wereldnieuws kennelijk. Ik lees nu, dat er toen even een flinke chaos is geweest in dat land. Echt, ik weet mij er niets van te herinneren...
Maar,..... tien jaar geleden, Argentinië........Maxima.......huwelijk......2002.......
Ik begin mij af te vragen of het bankroet van Argentinië toen wel zo in het nieuws is geweest als nu het geval is met Griekenland. Of had dat falillisement toen minder nadelige gevolgen voor Europa? Ik kan het mij nauwelijks voorstellen. Wereldhandel is wereldhandel. Of was het tij toen zo, dat het beter was dit nieuws niet als een vloedgolf te verspreiden, omdat....
Laat ik maar ophouden. Ik geloof niet dat ik er geschikt voor ben om politica te worden. Ik houd mij niet bij de hoofdzaken.
(klik)
Even een hele kleine impressie van ons kleine hondje Hessel. Zaterdag hebben we een bezoekje aan hem gebracht. Of het toeval was weet ik niet, ik denk het wel, maar van alle hondjes had Hessel de meeste belangstelling voor ons. Een goed teken lijkt mij. De fokker vertelde dat die morgen een ander hondje op soortgelijke wijze op haar nieuwe baasjes had gereageerd. Dan bekruipt je heel even het gevoel, misschien toch niet helemaal toevallig?
De hondjes krijgen al echt een snoetje.
Het is zo'n heerlijk gevoel, zo'n klein warm hondenlijfje in je handen te mogen houden met de wetenschap dat dit onze hond gaat worden. Nog een kleine drie weken en dan mogen we hondje Hessel ophalen. Ik zie vol verlangen uit naar die dag.
klik
Na één week al weer moe en aan vakantie toe? Nee, het is meer een kwestie van iets leuks met leuk combineren. In dit weekend is het tijd om even een kiijkje bij puppy Hessel te gaan nemen. Het duurt nog wel een paar weken, voordat we hem op kunnen halen. Als toekomstige "bazen" (ik vind het een naar woord, maar het is hondentaal zal ik maar denken) willen we toch wel graag ons hondje met eigen ogen groter zien worden.
Het is nogal een behoorlijke reis en met het mooie weer in het vooruitzicht, hebben we besloten de caravan ook mee te nemen en hier het weekend te blijven. Dit zal dan voor dit jaar de laatste keer zijn. Hessel is in de herfstvakantie nog niet groot genoeg om er dan al op uit te trekken. Zijn pootjes zijn onder andere dan nog veel te klein en te zwak om in en uit de caravan te komen.
Dit is dus de finale van zomer 2011.
VAKANTIEFRAGMENTEN
Hoe verschillend kunnen de ervaringen in een buitenland zijn. De ene dag word je flink bij de poot genomen en op een heel ander moment probeert men in datzelfde land het je op een hele aangename wijze naar de zin te maken.
Op ons familiebezoek naar Brasov in Roemenië vlogen wij van Dortmund naar Boekarest. Vanaf het vliegveld gaat de reis per taxi naar het station, gara du Nord. Omdat we vorig jaar enige ervaring haden opgedaan, dachten we dit maal goed voorbereid bij de taxi's aan te komen. We moesten niet zo maar op het eerste het beste aanbod van een taxichauffeur ingaan, want dit veroorzaakt alleen maar onderlinge ruzie bij hen, nee we moesten de voorste in de rij nemen.
De rij is iets minder duidelijk dan ik gedacht had en een van de chauffeurs rent ons tegemoet en doet het aanbod om ons voor tien euro naar het station te brengen. Het is wel niet de mooiste en de meest solide taxi die ik zie staan, maar het leek wel de voorste te zijn... Achteraf blijkt het toch een boef te zijn die zich er waarschijnlijk tussengedrongen had. Na luttele minuten vraagt de man nogmaals: Gara du Nord? Wij knikken en zeggen: Da, is ja in 't Roemeens. In gebrekkig Duits biedt hij aan ons weg te willen brengen waar we ook maar naar toe moeten. Mijn antwoord is: Nee, we gaan per trein naar Brasov. Oh, wilden we naar het treinstation, (gara du Nord), ja dan is de rit geen tien euro maar drie keer tien. Treinstation is drie keer zo ver als busstation.... Je kunt verder niet veel meer doen dan het maar accepteren, maar boos was ik wel!
Een paar dagen later zitten we 's avonds op een terras om een hapje te eten. Het is al wat later op de avond en ik krijg het wat koud. Op de vraag of we ook binnen mogen eten worden we heel keurig naar een zaaltje binnen begeleid. Er staan hoge tafels met wat barkrukken er omheen. Het is er niet druk. Eigenlijk zit er niemand.
Twee minuten later komt er een ander ober, waarschijnlijk eentje hoger in rang; hij tikt ons op de schouder.en maakt ons duidelijk dat we maar achter hem aan moeten lopen. Het bestek, de glazen en de wijn wordt door een andere ober achter ons aangedragen. We komen in een soort kelder waar een orkest net ingezet heeft om muziek te maken voor een volksdansgroep. Aan weerszijden staan grote tafels met daaraan een groep mensen die kennelijk bij elkaar horen. Hier en daar staan een paar losse tafeltjes en éen van die tafeltjes is nog vrij. Ons wordt gevraagd of we daar plaats willen nemen.
Het overdonderde mij even, maar ik kwam ogen en oren tekort. Toen er even een pauze was, vroeg de ober, in het engels, of wij dit mooi vonden en of alles naar wens was? Het bestelde eten was inmiddels gebracht. En zo werd ons zo maar voor niets een Roemeense avond in de schoot geworpen, alleen omdat ik geen vestje bij me had en graag binnen wilde eten. Ik heb genoten van de banjo, de panfluit, dit prachtige schouwspel en van het eten. Dit was echt een topervaring.
klik
OT: De auto stond in Brasov, het is niet de taxi; ik plaats hem voor Sjoerd.
En zo wandel ik met een schat aan ervaringen en herinneringen van de "zomer" 2011 het nieuwe schooljaar weer binnen. Afgelopen vrijdag heeft de officiële opening plaats gevonden, zodat we op maandag weer echt "los" kunnen gaan. Vorig jaar schenen we een werkdag tekort te komen, waardoor men de vrijdag als openingsdag had aangewezen. Dat was ver van te voren met uitleg aangekondigd. Kennelijk heeft de directie gedacht, dat gaat goed, want dit jaar heeft men zonder enige aanleiding of uitleg hetzelfde concept toegepast. Ach ja, een volgend jaar zal men zich dan wel op het ontstane gewoonterecht gaan beroepen.
Vreemd genoeg voelde ik dit maal geen verzet, want meestal ervaar ik dit soort gang van zaken als een afpikken van dat waar je recht op hebt. Zoals ik al eeerder uitgelegd heb, wordt de in te zetten tijd over 40 weken verdeeld, zodat er naar rato 4 echte vakantieweken overblijven. Dit keer kan ik mij er niet zo druk om maken. Ik heb zin om weer aan de slag te gaan en het was leuk om afgelopen vrijdag alle collega's weer te zien en te spreken. Dat is echt wel eens anders geweest.
Dit brengt mij tot de volgende conclusie: Ik heb het dus kennelijk heel erg naar mijn zin. Dat gevoel wil ik vast houden, ook als dit schooljaar eens een krasje of een andere beschadiging oploopt. Dat is onvermijdelijk want het is en blijft mensenwerk, maar dat maakt het wel boeiend.
(klik)
Mag ik u even voorstellen? De naam van dit handjevol hond is Hessel van 't Haviksbos. Over een aantal weken zal dit hondje zijn nest gaan verlaten en zijn verdere leven bij ons gaan voortzetten. Samen hebben we, P. en ik, een weloverwogen besluit genomen om nog één maal een puppy aan ons "gezin" toe te voegen. Gezien onze leeftijd is dit nog een keer mogelijk. We waren het na dit besluit er snel over eens dat het dan opnieuw een heidewachtel zou moeten worden. De eigenschappen van dit ras spreken ons enorm aan. Ik weet uit ervaring dat nieuwe nestjes eigenlijk best wel schaars zijn. Toen ik dan ook van het éne op het andere moment een nieuwe site op de heidewachtelstartpagina zag verschijnen met daarin de bekendmaking van dit nest, heb ik niet lang gedraald om contact op te nemen. Het telefoongesprek was allerplezierigst.
Er was een luisterend oor voor het verhaal over onze Sjors. Tijdens dit gesprek werd ons wel nadrukkelijk geadviseerd om, wanneer we echt belangstelling hadden, een bezoek niet lang uit te stellen. De hondjes zouden namelijk een paar dagen later in de jachtwereld worden aangeboden. De praktijk had uitgewezen, dat een nest puppy's dan heel snel verzegd zijn. Daags na dit telefoongesprek hebben we de reis richting Twente ondernomen en daar heb ik dit hondje in mijn armen gesloten. Het vooruitzicht om op 1 oktober Hessel op te mogen halen helpt mij bij de verwerking van het heengaan van Sjors. Juist het bezig gaan met een nieuwe pup biedt mij de ruimte om Sjors een definitieve plaats in mijn herinnering te geven, zo heb ik dat ook met Max gedaan toen Sjors kwam. Ik heb daar dus ervaring mee. Ik weet heel goed dat Hessel geen Sjors de Tweede wordt. Het is een ander hondje met een geheel eigen karakter. Maar naast het verdriet om Sjors, ik mis hem echt elke dag, kan ik ook weer genieten van het nieuwe leven.
|
|