Ook dit jaar was er weer een Burendag. Weet u het nog? In 2006 vierden we op initiatief van Douwe Egberts voor het eerst Burendag in Nederland. In 2008 ontstond de samenwerking tussen Douwe Egberts en het Oranje Fonds. Zij organiseren nu samen Burendag omdat buurten leuker, socialer en veiliger worden als buren elkaar ontmoeten en zich samen inzetten voor hun buurt.
Eigenlijk hebben wij al jaren een paar keer per jaar onze eigen burendag. Elke winter doen we als buurt iets met elkaar, in de vorm van bowlen, kegelen of oud Hollandse spelletjes en aan het eind van de zomervakantie is er een fietstocht met aansluitend een bbq.
Groot was mijn verbazing toen ik in een mailtje las dat onze straat dit jaar iets met burendag wilden doen; men wilde met elkaar taarten bakken voor bij de koffie. Alleen toen ik verder las, zag ik dat dit niet echt voor de buurt bedoeld was maar voor een koffiedrinken na de kerkdienst. De liturgie zou inhaken op de burendag, dus was het leuk als binnen de kerkgemeente de verschillende buurten gevraagd zouden worden om een bijdrage te leveren in de vorm van zelfgemaakte taarten.
En daar wringt voor mij (en voor enkele anderen) de schoen. Wij zijn niet kerkelijk aangesloten en ook niet geïnteresseerd in het bijwonen van kerkdiensten. Ik heb dan ook gemeld dat ik graag een betrokken buurtgenoot wil zijn, maar dat ik vanwege mijn eigen levensvisie niet aan deze buurtactiviteit mee kan doen. Mijn reactie, die door de andere (we zijn maar met een paar) niet kerkelijk aangesloten buurtgenoten gesteund werd, heeeft nogal wat stof doen opwaaien. Wij werden echt niet buitengesloten, we waren immers van harte welkom! De oproep was naar alle buurtverenigingen gegaan en de gedachte was dat dit een zodanige laagdrempelige activiteit was waardoor ook de niet kerkelijke mensen zich aangesproken zouden voelen.
En dat is nu juist het punt. Het lijkt mij te veel evangeliseren. Ik wil me niet aangesproken, laat staan verplicht voelen om te komen. Ik heb jaren geleden heel bewust het besluit genomen geen deel meer uit te willen maken van een kerk. Ik wil dan ook niet via een buurthappening onder druk gezet worden om alsnog naar de kerk te gaan.
Hoe het verder gegaan is weet ik niet, want omdat Burendag als het ware door de kerk is ingelijfd, is het dus aan mij voorbij gegaan. Maar het wrange van alles vind ik nog dat een aantal buurtgenoten het moeilijk vinden om begrip te hebben voor mijn (onze) opstelling. In plaats van verbroedering lijkt er wel een onderlinge verwijdering in de buurt plaats gevonden te hebben. Jammer. Ik hoop dat het in de loop der tijd in het vergetelboek raakt en we gewoon verder kunnen gaan zoals het was.
klik
We waren niet de eersten, maar zeker ook niet de laatsten. Wat onwennig keek ik om mij heen. Bij sommige van de aanwezigen moest ik toch wat beter kijken om echt vast te kunnen stellen wie de persoon was. Gewone kledij en niet de gebruikelijke tennisoutfit wil nog wel eens voor verrassingen zorgen. Mensen kunnen dan opeens een heel andere uitstraling hebben. Dit fenomeem had ik al eens meegemaakt bij de red hatters, waar dit nog veel sterker speelt.
De ruimte waar we ontvangen werden, waarschijnlijk de vroegere stal van het verbouwde boerderijtje aan de voet van de dijk, bood voldoende plaats aan de meer dan vijftig mensen, die er, nadat iedereen aanwezig was, waren. Verschillende mensen hadden een tuinstoeltje meegenomen zodat er voor een ieder een goede zitplaats was. Het was een select gezelschap van allemaal senioren van vijfenzestig en (veel) ouder. De meesten van hen zijn actieve tennissers die elkaar één of twee keer per week treffen op de tosmorgens, dinsdags of donderdags.
Afgelopen voorjaar had de eigenaar van het boerderijtje tijdens het gezamenlijk koffiedrinken op zo'n tosmorgen het idee gelanceerd om eens een open podiumavond te houden om zo ook eens ruimte te geven aan de andere kwaliteiten die ieder van ons ongetwijfeld zou hebben, naast de interesse voor een spelletje tennis. Iedereen werd uitgenodigd om eens na te denken wat zijn of haar bijdrage zou kunnen zijn. Het idee werd enthousiast ontvangen en op de voorlopige intekenlijst werden de nodige namen genoteerd.
Na de zomer kreeg het plan vastere vormen en uiteindelijk lag er een concreet plan.Verschillende zanggroepjes met ieder een eigen genre, cabaretiers of voordrachtskunstenaars, schilderwerken die tentoongesteld werden, het was er allemaal. Er was zelfs zoveel aanbod, waardoor een ieder die een optreden verzorgde een beperkte tijd kreeg toegewezen.
Zelf had ik er voor gekozen om een aantal van mijn weblogs voor te lezen. Ik vond het moeilijk om een keuze te maken. Ik heb uiteindelijk gekozen voor een aantal beeldende verhalen en een gedicht. Het was mooi om hiervoor de volle aandacht te krijgen. Maar, en dat was echt het leuke, die aandacht was er voor iedereen. Het was bijzonder boeiend om te zien waaraan mensen, die niet meer werken, hun tijd aan besteden en wat voor bijzondere resultaten er dan uiteindelijk te bewonderen zijn.
Het is een hele bijzondere maar vooral gezellige avond geworden. Een geweldig initiatief waar we met ons allen heel veel plezier aan beleefd hebben. Zo maar een lekkernij in het leven die heerlijk gesmaakt heeft en die je niet zomaar vergeet.
klik
Dit jaar had ik er tijdig aangedacht om ons in te schrijven voor het enige grote wandelevenement waar honden ook aan mee mogen doen, de Dam tot Dam wandeltocht op zaterdag, voorafgaand aan de grote hardloopwedstrijd op zondag. Twee jaar geleden hadden we deze tocht ook al eens gelopen, maar onder iets andere omstandigheden. Ik werd toen nog steeds geplaagd door pijn in mijn voeten waarvan de oorzaak in die tijd nog steeds niet bekend was. Na een klein botbreukje bijna twee jaar geleden, is door middel van een CTI scan botontkalking vastegesteld en nu ik daar de juiste medicatie voor krijg, huppel ik weer rond als vanouds. Ik wilde deze tocht zo graag nog eens lopen maar nu zonder pijn.
Vroeg uit de veren, want het startpunt de Dam in Amsterdam lig nu niet direct naast onze deur. Twee jaar geleden hadden we uitgevonden dat we heel makkelijk en goedkoop onder de Arena konden parkeren, maar hoe dat precies in zijn werk ging waren we vergeten. Dit keer kwamen we bij toeval bij P3 en P4 uit, maar dat bleek niet de goede garage te zijn. Om er weer uit te mogen moest er een kaartje van één euro gekocht worden.
We zagen de arena vlak voor ons èn we dachten dat P6 ook wel goed zou zijn. Niet dus. Na weer een kaartje van een euro gekocht te hebben zochten we verder, voor zover dat met een auto in het verkeer gaat. P2 gaf ook niet het gewenste resultaat, maar even verderop zagen we een iemand in een uniform die ons misschien de weg kon wijzen. (Nee, aan de Miep in onze auto hadden we even niets, zij kende het opgegeven nummer van de straat niet)
We volgden zo goed en zo kwaad als het ging de aanwijzingen op en we kwamen voor een slagboom richting arena. Nee, zei de stem uit het apparaat, we waren hier niet goed, dit was voor de bevoorrading, maar deze dame nam wel de moeite om uit te leggen hoe we dan wel moesten rijden. En eindelijk, na ruim een half uur reden we eindelijk de juiste parkeergarage binnen, het transferium P. en R. Ik slaagde er wonderwel in om met de inrijdkaart voor 5 euro twee metrokaartjes uit de automaat te toveren. Gemakshalve vergaten we maar even dat de honden mischien ook wel een vervoersbewijs moesten hebben.
Klokslag elf uur waren we op de Dam. Na enig overleg hadden we nog op de 27 km. mogen starten, maar dan waren we echt de hekkensluiters geweest en hoe leuk is dat. Dus na tien stappen besloten we toch maar de andere kant te nemen om voor de twintig te gaan. Achteraf een goede beslissing. Deze route ging door een heel ander deel van Amsterdam, langs de Westertoren naar het IJ, waar we achter het Centraal met de veerpont overstaken.
Dit keer werden de honden niet geteld. De vorige keer werd er op een bepaald punt, vlak bij het einde omgeroepen dat zij hond achttien en negentien waren. Ik heb genoten en de honden niet minder, ondanks dat zij op zo'n tocht dus absoluut niet los kunnen. Maar zowel Hessel als Iemand kunnen zich heel goed verstaan met het zich voortbewegen in zo'n grote mensenmassa, er waren 18.000 deelnemers, zonder anderen tot last te zijn en daar ben ik best een beetje trots op.
De terugreis met de trein, van Zaandam naar Amsterdam en daarna weer met de metro naar de Arena is voor hen, na onze sightseeingtoer in Wenen, waar we meerdere malen gebruik gemaakt hebben van de metro, geen enkel probleem meer. Zij schikken zich wel.
Ondanks onze valse start vanwege de parkeerperikelen hebben we een prima dag gehad, die heel even, nog duur dreigde te eindigen. Er zou alsnog zeventien euro parkeerkosten betaald moeten worden; hadden daar nu al die moeite voor gedaan. Gelukkig was er een mijnheer heel behulpzaam. Hij zei het eerder gekochte metrokaartje van vijf euro voor het venster te houden en jawel voor slechts één euro bijbetalen werd er een uitrijdkaart uitgespuugd.
Ik hoop dat we ons een volgende keer kunnen herinneren dat P1, transferium P. en R. de juiste parkeerplek is, want dat voorkomt een boel gedoe. Misschien helpt het dat ik deze belevenissen in een blogje verwerkt heb.
klik
De vorige keer vond ik het te veel gedoe om de "prijs" van de postcode bij AH te gaan verzilveren, maar dit keer vond mijn eega het toch te gek om de twaalf euro vijftig zo maar te laten liggen. Op mijn voorwaarde dat hij het pasje dan zou activeren stemde ik er in toe aan deze mallotigheid mee te doen.
En zo togen wij vanmorgen, nadat we onze gewone wekelijkse boodschappen bij de Jumbo gehaald hadden, naar Appie. Nu niet alleen om, zoals gebruikelijk, er slechts twee broden, Zaanse Snijders, te scoren, maar dit keer moesten wij dus ook op zoek naar producten die aan de eisen van deze actie voldeden.
Dat viel eerst nog helemaal niet mee, maar na de uitleg van een (heel) jonge medewerker zochten we het één en ander bij elkaar. Volgens onze berekening kwamen we uit op bijna dertien euro, we zouden veertig cent moeten bijbetalen, want de broden zouden we voor het gemak even apart afrekenen. Groot was onze verbazing toen de caissière om vier euro en nog wat vroeg.
"Hoe kan dat nu, we hebben volgens ons alles gepakt met het juiste vignet voor de producten". Er werd een medewerker geroepen en onze witlof en spekreepjes werden ter controle meegenomen. Achter ons werd de rij langer en langer. Na enige tijd kwam het meisje terug met andere witlof en spekreepjes. Ons trof geen blaam, het was er verkeerd neergelegd. Mijn rode hoofd werd door deze opmerking acuut iets minder rood.
Maar, het pasje was nu eenmaal gescand, er moest betaald worden. Even naar de infobalie, want daar zouden we het geld gewoon terug krijgen. Nou ja, gewoon..... Onze producten moesten terug gescand worden, de twee juiste producten moesten op het pasje opnieuw in gescand worden, afijn grote malheur. Na nog eens ruim tien minuten van scannen en nog eens opnieuw proberen was alles eindelijk zoals het moest en kreeg eega P. het geld. Ik had allang afgehaakt en was ondertussen alvast naar de slager en groenteboer.
P. vertelde mij even later, dat hij gezegd had dat ik de vorige keer de actie aan ons voorbij had laten gaan en dat dit de volgende keer ook wel weer zou gebeuren, want hij had niet het idee dat ik dit ooit nog eens zou doen.
Waarschijnlijk niet, want ik vind de aanbiedingen bij Appie altijd maar een gedoe. Het is mij net iets te vaak overkomen dat ik òf de bonuskaart niet bij de hand had òf dat ik bijvoorbeeld net de verkeerde fles wijn had, omdat de wijn op was en men er andere wijn voor in de plaats gezet had.
En nu niet denken dat het maar bij één bepaalde appiewinkel gebeurt, nee echt niet. Toen ik nog werkte deed ik vanuit mijn werk wel eens een snelle boodschap en daar is mij dat met die bonusaanbiedingen herhaalde malen bij verschillende filialen overkomen. Als je dit overkomt na een dag werken is de ergernis begrijpelijk, maar echt, ook al had ik vandaag de tijd, de irritatie was er niet minder om.
Verder is mij wel opgevallen dat de "doe maar lekker duurzaamprodukten" behoorlijk duur zijn. Kiloknallers hoef ik ook niet, maar er is vast ook nog wel zoiets als een tussenweg en volgens mij bewandel ik die, in ieder geval tot mijn eigen tevredenheid.
klik
Ik heb een foto geplaats van een grotwoning, vorig jaar gezien ergens bij de Loire. en volgens mij erg duurzaam
Geheel tegen de verwachting in is het vandaag toch ook weer zo'n dag. De zomer pruttelt nog wat door. In plaats dat ik er nog voor de volle honderd procent van ga genieten laat ik mij keer op keer in de luren leggen door de trage start van de dag. Ik bedenk dan vaak veel te laat welke leuke activiteiten we achteraf hadden kunnen doen.
Ik houd niet zo van dat napruttel zomerweer en al weet ik niet exact waarom, ik heb wel een vaag vermoeden. Het heeft vast te maken met het aftakelen van alles. Als ik naar de rozenperken kijk, kan ik niet anders dan de conclusie trekken, het is voorbij; de zonnehoeden beginnen langzaam aan met het af te laten weten door hun blaadjes te overstrekken, zodat bij verschillende bloemen de blaadjes wat gaan hangen en ook de planten in de terraspotten zijn duidelijk over hun hoogtepunt heen.
Behalve één fuchsiaplant. Dit plantje had ik vorig jaar, bij een bezoek aan een nicht van mij, meegekregen. Het heeft toen nog heel even gebloeid en verder in de garage de winter overleefd. Toen ik het dit voorjaar voor de dag haalde zag het er veelbelovend uit en mijn verwachtingen waren dan ook hoog gespannen.
Edoch, het kwam maar niet tot knopjes vormen om vervolgens te gaan bloeien, tot aan nu. De plant zit sinds kort vol met knoppen en zo hier en daar is er een prachtige bloem te zien. En toch was ik gisteren wat mopperig toen ik met (misschien de laatste keer dit jaar?) het onderhoud van de geraniums en fuchsia's in de weer was. "Je ben te laat", mopperde ik tegen de plant, "misschien word je nog wel heel mooi, maar ik kan er dan lang niet meer zo van genieten dan wanneer het eerder in de tijd was gebeurd".
Dit leidde mij als vanzelf naar het onderwerp: LAATBLOEIERS. In de natuur is het fijn dat niet alles tegelijk tot bloei komt. Mijn echte laatbloeier, de monnikskap is nu druk bezig zich te ontwikkelen om tot bloei te komen. Elk najaar vind ik het weer een feestje als ik die prachtige blauwe bloemen zie verschijnen. Maar zij zijn dan ook als laatbloeiers bedoeld en dat geeft mij juist het gevoel dat ik er wel heel erg van kan genieten.
En middels deze beelden kan ik verwoorden hoe ik mijzelf nu in het leven zie staan. In de levensfase waarin ik aangekomen ben, heeft bij mij 'het kunnen en mogen genieten' een veel ruimere plek gekregen dan in mijn leven hiervoor het geval was. Niet, dat ik voorheen niet genoten heb, maar door de verplichtingen en het moeten was het toch anders. Ik kan nu veel meer rekening houden met mijn eigen wensen en behoeften zonder dat ik anderen daarmee schaad. Dat stukje kan nu, net als de monniskap tot ontwikkeling komen, wat dan toch weer een geheel nieuwe toevoeging aan het leven geeft.
ik zie mijzelf dan ook niet zoals de fuchsia, die bezig lijkt te zijn met een inhaalslag, ik zie de nieuwste ontwikkeling in mijzelf meer als vergelijking met de monnikskap, een laatbloeier die op de juiste tijd helemaal tot ontwikkeling komt.
de laatbloeiende fuchsia
klik
Als ik ergens een hekel aan heb dan is het wel aan snoeven. Tot voor kort dacht ik, dat ik mij daar niet vaak schuldig aan maakte, maar toen ik het artikel over HUMBLE BRAGGING las, moest ik toch wel toegeven dat ook ik wel eens poch.
Tot gisteren had ik geen idee wat humble bragging was, maar het is mij nu helemaal duidelijk. Het schijnt uit de twitterwereld te komen en twitteren doe ik niet en heb ik ook heel weinig gedaan. In het krantenstukje werd uitgelegd dat veel mensen op twitter de fout in gaan door valse bescheidenheid. Humble bragging heeft namelijk te maken met een compliment aan jezelf verpakken in een klacht. Als voorbeeld: leuke blogjes schrijven schiet er wel eens bij in omdat ik het zo druk met van alles heb.
En opeens werd het mij duidelijk wat men met humble bragging bedoelt. Binnenkort organiseert iemand van de tennisclub een open podiumavond en ik heb mij opgegeven om enkele blogjes voor te lezen. Welke dit zullen zijn weet ik nog niet, maar ik weet zeker dat er wel een aantal zijn die hiervoor in aanmerking komen. Maar om nu open en eerlijk te zeggen, ja soms slaag ik er wel in om iets aardigs te schrijven, verpak ik zoiets ook liever in valse bescheidenheid. En dit laatste is de tweede eigenschap die aan humble bragging wordt toegedicht.
Humble bragging is dus pochen met een omweg en pochen is een synoniem van snoeven. Dus ja, dan moet ik eerlijk toegeven dat ikzelf, ondanks dat ik er een hekel aan heb, ook wel eens snoef. En die eerlijkheid siert mij dan, want eerlijkheid schijnt in de rangorde van deugden hoger te scoren dan bescheidenheid.
Het is dit keer een blogje van niets geworden, maar ik vond het gewoon amusant om even het begrip humble bragging naar voren te brengen.
klik
In de afgelopen weken kwam de commercial :"gelukkig nieuw schooljaar" een aantal malen voorbij. Het deed mij onmiddellijk denken aan een blog die ik enkele jaren geleden geplaatst had, waarin ik schreef dat ik twee keer per jaar een Nieuwjaarsdag had. Natuurlijk de eerste januari, maar ook de eerste dag na de grote vakantie, de start van een nieuw schooljaar, beschouwde ik als een nieuwjaarsdag.
Gaandeweg deze zomer, heb ik bepaald, dat na de thuiskomst op maandag één september, dit de start van mijn nieuwe winterseizoen zou zijn. Aldus is geschied. De clubs, waaronder de bridgecompetities zijn weer begonnen en ik ben bezig gegaan met het oppakken van allerlei taken voortvloeiend uit mijn verschillende vrijwilligerswerkzaamheden. En ik moet zeggen, ik heb er wel weer zin in. Freewheelen is leuk, maar ik houd er toch ook wel van om in mijn bezigheden enige structuur aan te brengen, omdat anders al gauw de neiging van uitstellen ontstaat.
Ik merk dat met name in het schrijven van mijn blogjes. Ik heb dan een idee waarover ik het wil hebben, maar doordat ik dan te lang wacht, is het onderwerp al lang weer achterhaald. Het betreft dan vooral de nieuwsitems.
Natuurlijk heb ik wel een mening over het feit dat de twee kinderen Glaucio en Marcia en hun moeder mogen blijven en hun vader niet (hoe is het mogelijk dat zoiets dertien jaar kan duren) en ook mij laten de beelden van al die vluchtelingen die op zoek zijn naar een plekje in een vrachtwagen (met alle gevolgen van dien) of een plaats in een trein (Budapest) niet onberoerd, maar als ik dan denk dat ik min of meer woorden heb kunnen vinden om hierover iets te kunnen schrijven, word ik al weer overspoeld door opnieuw schokkende beelden (het verdronken jongetje).......
Nu is het niet zo, dat ik vind dat ik over al dit wereldleed zou moeten schrijven, maar omdat het mij raakt, wil ik het zo af en toe toch op mijn blog een plaatsje geven. Een inkijkje geven in, wat deze afschuwelijke taferelen met mij als een gewoon mens zijnde doen. Om daar woorden voor te vinden.
Met de start van dit nieuwe winterseizoen heb ik de afspraak met mijzelf gemaakt om het schrijven van blogjes wat hoger op de prioriteitenlijst te zetten. Ik weet namelijk nu al, dat, als ik dit laat verzanden, ik hier op den duur heel erg veel spijt van krijg.
We leven momenteel in hele roerige tijden, ik ben daar getuige van en op de één of andere manier wil ik dit niet zo maar langs mij heen laten gaan. Het verdronken jongetje zal voor mij als symbool staan voor al die mensen die in de afgelopen tijd ook verdronken zijn en misschien nog gaan verdrinken. Ik word er heel verdrietig maar ook stil van. Maar met ons allen stil blijven zitten, dat mag niet gebeuren. We zullen met zijn allen keihard naar oplossingen moeten gaan zoeken, want dit mag toch geen normale gang van zaken gaan worden.
klik
|
|