EERTJDS 35

SLOOP


Met de rubriek EERTIJDS wil ik een jaar lang, wekelijks een blogje maken over een voorwerp wat meer dan 50 jaar oud is. Dit kan van alles zijn. Iets uit mijn jeugd, iets van mijn vader of moeder, iets wat op een of andere manier bij mij terecht is gekomen, maar het MOET 50 jaar of ouder zijn. De herinneringen aan het voorwerp zal ik beschrijven en van het voorwerp plaats ik een foto.


Als ik dit had geweten, dan was dit kussensloop er denk ik niet meer geweest. Ik heb altijd gedacht dat toentertijd mijn (ex)schoonmoeder voor mij (ons) in de weer was geweest en dit bedgarnituur, zoals een setje van laken en twee slopen toen heette, zelf gemaakt had. Dat is ook een reden geweest dat ik de twee kussenslopen altijd bewaard heb.

Het laken heb ik al lang niet meer, mede omdat met de komst van de dekbedden lakens overbodig werden. Wie kent het nog, in een bed slapen, opgemaakt met een laken en dekens? Lang vervlogen tijd.

Hoewel er bij elk dekbedovertrek ook kussenslopen meegeleverd worden, gebruik ik de witte slopen nog vaak als ondersloop, hoewel deze daar minder geschikt voor zijn vanwege de roze sierrand. Maar och, in geval van nood.....

Bij de globale opsomming die ik in mijn gedachten maakte, toen ik met deze rubriek begon, het beschrijven van 50 objecten ouder dan 50 jaar, kwam ook dit kussensloop bovendrijven. Dit zou dus ook een onderwerp kunnen zijn, want inmiddels is dit sloop meer dan 53 jaar oud.

Maar toen ik vanmorgen deze foto's maakte, viel dit kussensloop door de mand. Aan de naden te zien is het helemaal geen eigen maaksel. Zelfs de rand is er niet zelf op gezet, dit is zover ik het aan het stiksel kan zien, fabrieksmatig gebeurd. Hoe ik er ooit bij ben gekomen dat (ex)schoonmoeder dit zelf gemaakt zou hebben weet ik niet. 

Het kussensloop is door het lange liggen inmiddels danig verkleurd en ook is er een stuk van de zijnaad los. Dit is dus één van de dingen die geen langer leven beschoren is. Ik denk dat het zo langzamerhand richting zak oude vodden en todden gaat, maar het heeft nu nog een keer dienst gedaan als onderwerp van deze rubriek mèt de bijkomstigheid, daarmee de herinneringen aan lakens en dekens nog een keertje naar boven halend. 

                                 klik

mijn hond heet Hessel

hanscke | Maandag 22 Januari 2024 - 1:07 pm | | EERTIJDS | Vier reacties

SHAWLHULP


Nee, mantelzorg zou ik het niet willen noemen, het was immers niet langdurig; ik zou het meer shawlhulp willen noemen. Vriendin E. had mij gevraagd om stand by te willen zijn voor haar en T. tijdens en direct na haar operatie. Er waren twee omleidingen bij het hart gepland.

Door een plotselinge opname, vlak voor de jaarwisseling, kwam alles in een stroomversnelling. De operatie is inmiddels naar tevredenheid uitgevoerd.

Maar tijdens het herstel kwam er even een kink in de kabel. Daags nadat E. haar intrek genomen had voor een kort verblijf in een verpleeghuis voor verdere revalidatie, ging het even helemaal niet naar wens. Het hoesten, wat na de operatie in het ziekenhuis was begonnen, nam alleen maar toe en ook de koorts bleef maar stijgen. Reden voor de behandelend verpleeghuisarts om contact op te nemen met het ziekenhuis.

Er werd besloten dat vriendin E. per ambulance terug naar het ziekenhuis zou gaan. De arts lichtte mij in vroeg mij naar afdeling X te gaan, daar zou ik E. en T. dan wel treffen.

Onderweg bedacht ik al, dat dit waarschijnlijk helemaal niet het scenario zou zijn. Ik had immers ervaring genoeg met echtgenoot, vijf jaar geleden. Tot drie keer, na ontslag mèt de mededeling, u mag nog 14 dagen de afdeling bellen om raad, wat we dan ook deden, werden we telkenmale naar de spoedeisende hulp verwezen, waar na vele vragen en allerhande onderzoeken dan weer tot opname besloten werd. Zelfs op de dag van ontslag toen het na drie uur thuis te zijn geweest al weer helemaal mis was.... 

Maar goed, ik wilde niet eigenwijs zijn dus ik ben eerst maar naar afdeling X gelopen, misschien was het protocol bij een verwijzing door een verpleeghuisarts anders. Niet dus. men was niet op de hoogte.  Dus toen maar naar spoedeisende hulp. Daar heb ik even zitten wachten, ik zou gehaald worden, maar dat gebeurde niet en toen er een deur openging ben ik zelf maar op zoek gegaan en had ik ze, E. en T. al snel gevonden. De ambubroeders waren nog met de overdracht bezig.

Er werden weer vele vragen gesteld en onderzoeken gedaan, waaronder een paar longfoto's. En ja ook een coronatest en een influenzatest. De laatste test was positief. Het bleek dus een beste griep te zijn. Dat mevrouw zich behoorlijk ziek voelde was logisch, maar geen reden om mevrouw weer op te nemen, ondanks de zware operatie van een aantal dagen geleden. 

Dus, behoorlijk ziek, per ambulance naar het ziekenhuis, in pyjama met een warme trui erover en een paar sloffen aan de voeten in een rolstoel richting uitgang naar mijn auto. Ik kreeg gelukkig nog wel de tijd om deze van het verderop gelegen parkeerterrein op te halen. En zo sukkel je dan weer gedrieën richting verpleeghuis. Daar aangekomen maar gauw het bed in om verder uit te zieken. En ja, ik had toch ook even tijd nodig om de flash backs tot stilte te manen. 

Gelukkig knapt vriendin E. weer op, zodat de revalidatie na de operatie ook weer op gang kan komen. Zo langzamerhand merk ik, dat ze het samen wel weer kunnen rooien en is mijn hulp niet meer nodig. 

Met dit blogje wil ik laten zien, dat wij als ouderen elkaar heel goed kunnen ondersteunen bij wat moeilijker situaties, maar omdat nu allemaal mantelzorg te gaan noemen gaat mij te ver. Daarom mijn zelfverzonnen kreet, shawlhulp, een lichtere vorm van mantelzorg omdat het kortdurend is. 

                 klik

mijn hond heet Hessel

hanscke | Vrijdag 19 Januari 2024 - 3:01 pm | | Standaard | Vijf reacties

EERTIJDS 34

TELEFOON


Met de rubriek EERTIJDS wil ik een jaar lang, wekelijks een blogje maken over een voorwerp wat meer dan 50 jaar oud is. Dit kan van alles zijn. Iets uit mijn jeugd, iets van mijn vader of moeder, iets wat op een of andere manier bij mij terecht is gekomen, maar het MOET 50 jaar of ouder zijn. De herinneringen aan het voorwerp zal ik beschrijven en van het voorwerp plaats ik een foto.


In deze tijd met het verbod voor leerlingen om mobieltjes mee te nemen in de klas, is het niet meer voor te stellen, dat er een tijd is geweest dat iemand geen telefoon had. Ik was zo iemand. In het begin dat ik een eigen huishouding had, hadden we geen telefoon. Een abonnement kostte 44 gulden in de twee maanden en daaroverheen kwamen dan de belkosten, meestal ook wel een 40 gulden in de twee maand. En als er dan in een huis ook nog geen telefoonkabel was, kwamen de aanlegkosten van een paar honderd gulden daar nog eens bovenop plus de eenmalige prijs van de aansluiting. Dus in onze situatie geen optie.

Totdat we in 1975 van Kampen naar een nieuw huis in Noordbergum verhuisden, daar was de telefoonkabel al aanwezig en hebben we besloten om ook de telefoonaansluiting te realiseren. Ik was de koning te rijk! Zelf vanuit je eigen huis een telefoongesprek te kunnen voeren en niet meer door één of andere welwillende buur opgehaald te hoeven worden voor een telefoongesprek met familie om bijvoorbeeld afspraken te maken over hoe laat men dacht op visite te komen.

Ik hield wel nauwkeurig bij hoe lang ik aan het bellen was, want ik wilde de tweemaandelijkse rekening toch wel wat in de hand houden. Als ik een instantie belde en zij lieten mij na verbinding te hebben toch enige tijd wachten, omdat ze even met iets anders bezig waren, werd ik altijd kriebelig en zag ik in gedachten de telefoonrekening al tot grote hoogte stijgen.

Natuurlijk hadden we bij de telefoonuitsluiting wel een 'modern' lichtgroenige telefoon gekregen. Dit zat bij de prijs van het abonnement in. 

Een half jaar later verhuisden we naar Dokkum en daar leerde ik M. kennen. Hij realiseerde voor ons een tweede aansluiting, één op de bovenverdieping. Zo hoefden we niet meer naar beneden te rennen als 'de telefoon ging' zoals dat toen heette. Wanneer de PTT dit kwam doen, waren er weer kosten mee gemoeid èn het abonnementsgeld ging dan omhoog mede door de huur van een 2e toestel. M. had deze oude telefoon van bakeliet nog ergens staan, ooit gekocht op een 2e handsmarkt en voor 15 gulden was het de onze. 

Ik vond het een mooi ding en ik heb hem nog jarenlang als De telefoon in de huiskamer gebruikt. Het enige nadeel was, dat de hoorn wat zwaar in de hand lag. 

Deze telefoon is dus nog niet 50 jaar in mijn bezit, dat zal zo'n 47 jaar zijn, maar het apparaat zelf is natuurlijk wel veel ouder dan 50 jaar, vandaar dat het wel in deze rubriek past. 

                     klik

mijn hond heet Hessel

hanscke | Zondag 07 Januari 2024 - 10:36 am | | EERTIJDS | Acht reacties