ZIN EN ONZIN
In de rubriek OUD EN OUD wil ik proberen om de verschillende kanten van het ouder (zijn ge)worden te beschrijven. Het heeft mooie kanten, maar helaas ook een minder leuke keerzijde. Om maar wat te noemen, de kwaaltjes, de beperkingen, het afscheid moeten nemen, allemaal zaken waar een ouder wordend mens zich mee heeft te verstaan. Toch zijn er heel veel dingen die het leven van een oudere nog zeker de moeite waard maken. Beide kanten wil ik in deze rubriek op een zo'n eerlijk mogelijke manier belichten: de hobbels die genomen moeten worden bij het ouder worden, maar ook de levensvreugd die er zeker nog is.
Met een schok werd ik mij er bewust van dat ik bij het wakker worden weer het gevoel had van 'ik heb zin in de dag'. Dat was gistermorgen. Zo maar, zonder enige directe aanleiding of grote gebeurtenis. Ik had een heel lijstje van dingen waarin ik zin had om te gaan doen, lezen bijvoorbeeld, ik ben met een mooi boek bezig, - De tijd van de vuurbloemen, Sarah Lark, of breien, eens uitproberen of dat kan met mijn nog steeds pijnlijke schouder en arm, verder bezig gaan met het uitvinden van hoe foto's van mijn telefoon naar de laptop te krijgen, met Pablo iets leuks te gaan doen, èn bezig gaan met het ontwerpen van de rubriek ouder worden, èn èn èn....Kortom het bruisende gevoel lijkt weer wat terug te keren.
Het mooie is, toen ik begin deze maand bij de breiclub was, iemand tegen mij zei, toen ze mij vroeg hoe het ging en ik zei, "het gaat beter" ze antwoordde: "dat dacht ik al, ik durf het nu ook wel te vragen, want ik zie dat de twinkeling in je ogen er weer is". Nu denk ik, ze heeft het goed gezien, ik krijg weer plezier in het doen van allerlei dingen. En toen ik bij het overzetten van de foto's van de telefoon de foto's van ons zomerproject van twee jaar geleden tegenkwam, was mijn keuze voor de popupfoto snel gemaakt. Het onzinproject van iets breien waar je normaal niet mee breit, dit doorgeven aan een ander breiclublid die het dan na moet maken. Ach wat een plezier geeft zoiets.
klik
Ik ben zo blij dat ik nu de techniek van het overzetten van de foto's van de telefoon onder de knie heb. Voor heen deed ik dat op een hele ingewikkelde manier met het versturen van een of twee foto's die ik wilde gebruiken naar mijn e-mail adres en de rest bleef dan op de telefoon staan. Ik fotografeer namelijk nog veel met een fototoestel, maar die heb ik lang niet altijd bij me. Vriendin D. liet mij haar fotoboekje dat ze gemaakt had van het eerste half jaar zien en toen dacht ik, dat wil ik ook, maar dan heb ik ook de foto's van de telefoon nodig! En met hulp van de aanwijzingen die ik vond op you tube met de tablet dus naast mij, weet ik nu hoe het moet.
En toen zoonlief Bram gisteren mij liet weten dat het echt niet aan mij ligt, maar dat het heel veel mensen, inclusief hijzelf, moeite kost om uit te vinden hoe iets in zijn werk gaat als er weer eens een nieuw attribuut aangeschaft is en er via de digitale weg de nodige aansluitingen gemaakt moeten worden, was ik helemaal gerustgesteld. Mijn moeite hebben met dit soort hebben ligt dus niet alleen aan mijn ouder worden.
En het is ook best ingewikkeld allemaal. Als ik dan aan mijn vader denk, die op het laatst veel moeite had met het hanteren van de afstandsbedieningen van de tv en de videorecorder, dan voel ik mij nog wel een hele Piet. Omdat kleine dochter er was heb ik weer een maand NETFLIX genomen, we hebben de reportage van Taylor Swift gezien en gisteravond hebben P. en ik samen naar de film The Great Escaper gekeken, dan ben ik toch wel trots dat ik dat allemaal voor elkaar krijg.
Het is een beetje een zin en onzin blogje geworden, maar ik ben er ook uit wat betreft de aanmaak van de rubriek OUD. Op 23 juli schreef ik daar al over. De rubriek gaat OUD IN WORDING, heten. En anders dan bij de rubriek EERTIJDS, komt dit bij de ondertitel te staan, dit ter voorkoming dat het mensen afschrikt om het te lezen.
Moet ik nog wel bedenken hoe ik in een paar zinnen het hoe en waarom van de rubriek kan verwoorden. Daar neem ik nog even de tijd voor.
MEMORY
Met de rubriek EERTIJDS wil ik een jaar lang, wekelijks een blogje maken over een voorwerp wat meer dan 50 jaar oud is. Dit kan van alles zijn. Iets uit mijn jeugd, iets van mijn vader of moeder, iets wat op een of andere manier bij mij terecht is gekomen, maar het MOET 50 jaar of ouder zijn. De herinneringen aan het voorwerp zal ik beschrijven en van het voorwerp plaats ik een foto.
In de afgelopen week is dit spel weer een aantal keren gespeeld. Kleine dochter Nina was een aantal dagen op bezoek en toen ik haar vroeg of we samen een spelletje zouden doen, klonk het enthousiast: Ja leuk. We begonnen met het spel SET, leuk, maar het haalt het toch niet bij ons favoriete spel MEMORY.
Het spel zal inderdaad meer dan 50 jaar oud zijn. De eerste keer dat ik ooit MEMORY speelde is 53 jaar geleden. HJ en ik waren net getrouwd, ik was in verwachting van dochterlief en we logeerden een kleine week bij het gezin van een broer van HJ. We vierden daar als het ware vakantie. 's Avonds klaverjasten we wel veel, maar om ook eens wat anders te doen, kwamen zij met dit spel op de proppen. Wij, HJ en ik vonden dit zo leuk, zodat wij dit al vrij snel aangeschaft hebben. Samen spelletjes doen was wel iets waarin we elkaar konden vinden, dus naast MEMORY werd Monopoly ook aangeschaft en naast het oeroude Mensergerjeniet, werd ook de pas op de markt verschenen nieuwere spelen aangeschaft zoals Barricade en Mastermind. Risk en Stratego zijn daar later nog aan toegevoegd.
Maar om op Memory terug te komen, ik was er heel erg goed in. Ik wist vaak feilloos waar ik het kaartje eerder had zien liggen en mijn stapel kaartjes was aan het eind meestal het grootst. Helaas is dit nu niet meer zo. In voorgaande jaren bleek dat de jonge dames, zowel kleinedochter N. als kleinedochter R. mij keer op keer versloegen.
In de setting met kleinedochter N. zoonlief B, manlief G, toen hij nog meedeed, eindigde ik meestal wel als een goede tweede. Dit jaar hebben N. en ik het met ons tweeën gespeeld. De eerste keer eindigde dramatisch voor mij, maar de tweede keer merkte ik dat ik er toch weer bedrevener in werd. Het vreemde is, dat ik in tegenstelling tot vroeger heel vaak een kaartje omdraai net naast het goede kaartje. Ik weet dus wel bijna waar ik het moet zoeken, maar net niet exact. En kleine dochter spint daar goed garen bij, want zij kaapt dan alles voor mijn neus weg.
Met Mastermind is het net andersom, met combineren, deduceren en logisch nadenken ben ik vaak heel snel achter de kleurencode. En zo hebben we weer een paar hele mooie dagen met elkaar gehad.
Met een zucht breng ik de dozen weer naar de zolder. Vorig jaar al had ik gedacht dat het spelletjes spelen voorbij zou zijn, maar nee, ondanks dat ze inmiddels 18 is, is ze nog steeds gek op spelletjes doen. Ik hoop dat dit zo blijft. Misschien is het ook wel even de trend, want toen we op Schiermonnikoog waren, zag ik dat ook daar hele families met jong volwassen kinderen bordspelletjes aan het spelen waren.
klik
DE BRIEVENWEGER
Met de rubriek EERTIJDS wil ik een jaar lang, wekelijks een blogje maken over een voorwerp wat meer dan 50 jaar oud is. Dit kan van alles zijn. Iets uit mijn jeugd, iets van mijn vader of moeder, iets wat op een of andere manier bij mij terecht is gekomen, maar het MOET 50 jaar of ouder zijn. De herinneringen aan het voorwerp zal ik beschrijven en van het voorwerp plaats ik een foto.
Ach het ding staat ergens verloren op het ongebruikte bureau dat boven op zolder staat. Mijn oog viel er op toen ik in de afgelopen dagen vanwege het mooie weer het dakraam maar eens open zette. Het is één van de voorwerpen in het steeds kleiner wordende rijtje van dingen om in deze rubriek met een bijpassend verhaaltje in de schijnwerper te zetten.
Het is met het samenvoegen van de huishouding van P. en mij in mijn huishouding terecht gekomen. Hij was politiek nogal actief, zat in een aantal actiegroepjes waarvoor nogal eens wat post verstuurd moest worden en dan was het wel handig om zelf te kunnen afwegen hoe zwaar de brieven waren, om ze juist te kunnen frankeren.
Ook ik heb in onze begin jaren veel gebruik gemaakt van deze brievenweger. Ik was druk aan het solliciteren om een baan te vinden, en je mocht dan zeker niet het risico lopen dat er te weinig porto op de enveloppe was geplakt.
De termen frankeren en porto zullen steeds minder gebruikt gaan worden, want post versturen, het gebeurt niet zo vaak meer. Zelfs geen verjaardagskaartjes heb ik gemerkt. Alles gaat tegenwoordig digitaal. Het is niet voor niets, dat de Post NL de bezorgingen wil verminderen naar drie keer per week. Ook worden er her en der brievenbussen weggehaald.
De tijd, dat ik het tijdstip van de komst van de postbode scherp in de gaten hield, ligt ook al ver achter mij. Ik was altijd nieuwsgierig òf en zo ja wat de postbode voor mij had. Het kon soms heel verrassend zijn.
Postbode zijn was vroeger ook een vak waarvoor geleerd moest worden, zo weet ik mij nog te herinneren. Het kwam nogal precies met aangetekende brieven en wat dies meer. Een postbode moest een examen afleggen en had daardoor ook enige vorm van status. Ik weet dat er in de vijftiger jaren in Apeldoorn ook een heus muziekkorps was met louter en alleen postbodes als muzikant. En omdat dit korps door de staat gefinancierd werd, had dit korps ook net iets betere instrumenten en ook mooiere uniformen dan het muziekkorps waarvan mijn vader lid was, wat dan weer leidde tot enige jaloezie. Ik hoor het mijn vader nog zeggen: ja, daar kunnen wij toch niet tegenop, als ze, De Post, zoals ze genoemd werden, bij een concours wel in de prijzen waren gevallen.
Maar goed, lang vervlogen tijden, hier en daar verwerkt in de tv serie 'toen was geluk heel gewoon' wat inmiddels ook al lang tot het verleden behoort.
Het weeginstrumentje staat dus nu werkeloos op zolder en zal daar ook nog wel even blijven staan. Het heeft in ieder geval nog een aardig blogje opgeleverd.
klik
ZOMER EN ZOU
In de rubriek OUD EN OUD wil ik proberen om de verschillende kanten van het ouder (zijn ge)worden te beschrijven. Het heeft mooie kanten, maar helaas ook een minder leuke keerzijde. Om maar wat te noemen, de kwaaltjes, de beperkingen, het afscheid moeten nemen, allemaal zaken waar een ouder wordend mens zich mee heeft te verstaan. Toch zijn er heel veel dingen die het leven van een oudere nog zeker de moeite waard maken. Beide kanten wil ik in deze rubriek op een zo'n eerlijk mogelijke manier belichten: de hobbels die genomen moeten worden bij het ouder worden, maar ook de levensvreugd die er zeker nog is.
Doordat ik in een nieuwe fase van mijn leven ben aangeland, beleef ik de zomer heel anders. Ik kan niet meer bezig zijn met het uitstippelen van nog een weekje weg met de caravan en waar zullen we dan heen...... Ik mis het wel, vooral het vooruit plannen; het uren op de kaart zitten turen, het dagdromen met het bijna visualiseren hoe het daar zal zijn, zonder dat ik er ooit geweest ben, het schwitchen van eindbestemming, toch maar liever naar het noorden, of naar het zuiden of..
Ik moet me dus herpakken en een nieuwe invulling geven aan het zomerse gebeuren. Zo af en toe een uitspatting met een dagje weg zoals naar Schiermonnikoog is leuk, maar is niet dagdroomvullend. Heel even vermaak ik mij met te onderzoeken of het ook mogelijk is om volgend jaar een huisje in Frankrijk te huren, maar dat is nog te ver weg, daar wil ik niet in blijven hangen.
Ik had mij voorgenomen om, nu we veel thuis zijn, mij te bekwamen in het zien van de kleine dingen rond om mij heen en mij daarin verwonderen zodat ik aan het eind van de zomer zou kunnen zeggen, ik heb toch veel gezien en beleefd. Ik zou hiervan foto's maken tijdens wandelingen en fietstochten. Ik wandel wel, maar niet zoals ik zou willen, ik fiets ook wel, maar ook niet zoals ik zou willen. Of het is te heet, of het is te koud, of ik verdoe mijn dag met dingen die eigenlijk geen naam mogen hebben, of ik vind dat ik nog te veel last heb van de pijn aan mijn schouder, het gevolg van een val van drie en een halve week geleden.
En toch voel ik, nu de zomer voortschrijdt en langzamerhand richting nazomer gaat, dat ik stukje bij beetje in mijn nieuwe levensfase ga passen en er een soort rust in mij begint te komen. Ik merk, dat ik de vele herinneringen van alle mooie vakanties die te pas en te onpas ineens opploppen, meer en meer kan toestaan om er even te mogen zijn, zonder dat ik er verdrietig van word. Nee, die herinneringen samen delen met P. gaat niet, omdat hij veel niet meer weet. Ik moet het alleen in mij om laten gaan.
En zo kom ik bij de foto's van dit blogje. Heel vaak loop ik hetzelfde rondje van 4 kilometer maar als het langere tijd droog is geweest kan ik met Pablo naar ons bos. Dolle pret, want daar kan ik diverse apporteerspelletjes met hem doen. Als we vanuit het bos naar huis terug lopen, komen we op een andere manier het dorp binnen en toen zag ik opeens die prachtige bermen. Ooit heb ik een blogje over de bermen geschreven toen we met vakantie in Paulhaguet waren. ik schreef toen dat ik al wandelend zo genoot van de kleurrijke bermen, omdat er in Frankrijk veel meer diversiteit aan bloemen te zien was. (type bij :geef zoekterm natuurlijk en je komt bij de bedoelde pagina)
En nu zag ik deze weelderigheid aan het begin van het dorp. Later, al fietsend in de omgeving zag ik dat dit op meerdere plekken in de gemeente te zien is. Is het geen heerlijkheid om te aanschouwen? Dit maakt mij gelukkig en het geeft mij kracht. Ik weet bijna zeker, dat als het van de winter weer grijs en grauw is, ik mij weer kan verheugen in de gedachte dat het niet zo zal blijven. Dat er ook weer een zomer zal komen waar in weer veel te zien zal zijn. Andere zomers dan voorheen, maar toch een tijd waar ik weer naar zal verlangen. Het lijkt erop dat er een nieuw evenwicht gaat ontstaan.
klik
TE LEUK
Achteraf zijn de ervaringen te leuk om ze niet in de vergetelheid te laten verdwijnen. Om de zomer niet in een dagelijkse sleur te laten verdwijnen had ik bedacht om maar eens een dagje naar één van de eilanden te gaan. Omdat Pablo in de fietskar geen optie meer is, leek het mij leuker om dit keer, in plaats van naar Ameland, naar Schiermonnikoog te gaan. Omdat dit eiland veel kleiner is kun je daar lopend wat beter uit de voeten.
Vanaf de boot is het kiezen, of direct naar het strand wat 3 kilometer is, of via het dorp wat ook 3 kilometer lopen is en dan vandaar uit naar het strand. Wij kozen voor het laatste en sloegen bij de dijk links af. Goede keuze, want onder aan de dijk mogen de honden los. Feest voor Pablo. En maar racen, naar voren, weer terugkomen, op de dijk kijken en ja, hij werd steeds doldriester, hij ging ook de dijk over. We zagen hem nog één keer terug, een beetje nat, dus ik vermoedde dat daar een sloot was waar hij uitgedronken had.
En toen kwam hij niet meer terug. Ik hoorde in de verte een hond blaffen en na nog een paar stappen gelopen te hebben vermoedde ik dat dit Pablo was. We staken de dijk over, maar nergens een Pablo te ontdekken. Het blaffen kwam vanuit de sloot, maar we konden niets zien, omdat er een dikke rietkraag langs de sloot stond.
Roepen, fluiten, niets scheen te werken. Even leek het of hij dicht bij ons in de buurt was. Ik bedacht me geen moment, deed mijn rugzak af en stapte met schoenen en al door de rietkraag heen de sloot in, want het blaffen klonk toch echt niet zo vrolijk en onbevangen meer. Het water kwam tot bijna aan mijn middel, maar dat deerde mij niet. Ik wilde zien waar Pablo was.
Heel in de verte leek hij ergens te zwemmen, al lang niet meer jagend achter de eenden aan, die dobberden mooi voor hem uit, maar hij zwom en zwom, steeds verder van mij weg. Terwijl ik riep en floot, liep P. de kant van waar Pablo naar toe zwom uit. Pablo verloor zo nu en dan wat afstand ten opzichte van P. om te onderzoeken of hij ook ergens een plekje kon vinden waar hij er uit kon, waardoor P. hem voorbij kon lopen. En toen kon P. een opening in het riet maken, waar Pablo gelukkig even kwam kijken, waarop P. hem kon pakken en hem op de wal kon helpen.
Inmiddels had ik de moed opgegeven en was ook weer op de wal gekropen. Terwijl ik de schade van mijn natte pak opnam en mijn rugzak weer omdeed, ontwaarde ik in de verte P. met Pablo aan de lijn. Wat was ik blij en opgelucht. Ik had al hele visioenen gehad zonder Pablo naar huis te moeten omdat hij verdronken was.
Terwijl wij wat moesten bekomen van dit avontuur, leek Pablo niet onder de indruk te zijn. Op het strand aangekomen bleken we alle ruimte van de wereld te hebben. De echte strandgangers kiezen een ander stuk strand, daar waar de branding dicht bij het strand te vinden is. Daar zijn we via het stille stuk strand naar toegelopen en omdat het er zo weinig mensen waren mocht Pablo los. Dat hebben we geweten. Door de wijdsheid van het enorme strand ondervond Pablo geen beperkingen, dus ging hij ook echt los. Op zoek naar die witte vlieger in de lucht, want dat was hoogst interessant.
Uiteindelijk keerde hij om op zoek naar ons. Na zich even bij een verkeerde baas en vrouwtje gemeld te hebben, hoorde hij mijn fluitje en kwam aangesjeesd. "O, waren jullie hier" kon je hem bijna horen denken. Dit heeft zich nog een paar keer herhaald en toen hebben we hem ter bescherming van zichzelf toch maar aangelijnd.
Tenslotte hebben we samen nog een klein poosje met een balletje in de branding gespeeld. Helaas moesten we toen op zoek naar een gelegenheid voor een sanitaire stop en ja, dan heeft zo'n breed strand toch ook wel nadelen. Je gaat dan niet zo snel dat hele eind weer terug. Een mooie wandeling door de duinen en het bos voerde ons weer terug naar het dorp. Na ergens een heerlijk maaltijd genuttigd te hebben zijn we maar met de bus naar de boot gegaan, we hadden inmiddels al ruim 20 km op de dagteller staan. En Pablo? die hoorde je niet meer. Die was moe, doodmoe, maar wel voldaan.
En wij waren ook moe, maar het is al met al een leuke dag geweest waar we met plezier aan terugdenken, ondanks de streken die onze kleine bengel heeft uitgehaald.
klik
|
|