OUD IN WORDING 4
Met een schok werd ik mij er bewust van dat ik bij het wakker worden weer het gevoel had van 'ik heb zin in de dag'. Dat was gistermorgen. Zo maar, zonder enige directe aanleiding of grote gebeurtenis. Ik had een heel lijstje van dingen waarin ik zin had om te gaan doen, lezen bijvoorbeeld, ik ben met een mooi boek bezig, - De tijd van de vuurbloemen, Sarah Lark, of breien, eens uitproberen of dat kan met mijn nog steeds pijnlijke schouder en arm, verder bezig gaan met het uitvinden van hoe foto's van mijn telefoon naar de laptop te krijgen, met Pablo iets leuks te gaan doen, èn bezig gaan met het ontwerpen van de rubriek ouder worden, èn èn èn....Kortom het bruisende gevoel lijkt weer wat terug te keren.
Het mooie is, toen ik begin deze maand bij de breiclub was, iemand tegen mij zei, toen ze mij vroeg hoe het ging en ik zei, "het gaat beter" ze antwoordde: "dat dacht ik al, ik durf het nu ook wel te vragen, want ik zie dat de twinkeling in je ogen er weer is". Nu denk ik, ze heeft het goed gezien, ik krijg weer plezier in het doen van allerlei dingen. En toen ik bij het overzetten van de foto's van de telefoon de foto's van ons zomerproject van twee jaar geleden tegenkwam, was mijn keuze voor de popupfoto snel gemaakt. Het onzinproject van iets breien waar je normaal niet mee breit, dit doorgeven aan een ander breiclublid die het dan na moet maken. Ach wat een plezier geeft zoiets.
klik
Ik ben zo blij dat ik nu de techniek van het overzetten van de foto's van de telefoon onder de knie heb. Voor heen deed ik dat op een hele ingewikkelde manier met het versturen van een of twee foto's die ik wilde gebruiken naar mijn e-mail adres en de rest bleef dan op de telefoon staan. Ik fotografeer namelijk nog veel met een fototoestel, maar die heb ik lang niet altijd bij me. Vriendin D. liet mij haar fotoboekje dat ze gemaakt had van het eerste half jaar zien en toen dacht ik, dat wil ik ook, maar dan heb ik ook de foto's van de telefoon nodig! En met hulp van de aanwijzingen die ik vond op you tube met de tablet dus naast mij, weet ik nu hoe het moet.
En toen zoonlief Bram gisteren mij liet weten dat het echt niet aan mij ligt, maar dat het heel veel mensen, inclusief hijzelf, moeite kost om uit te vinden hoe iets in zijn werk gaat als er weer eens een nieuw attribuut aangeschaft is en er via de digitale weg de nodige aansluitingen gemaakt moeten worden, was ik helemaal gerustgesteld. Mijn moeite hebben met dit soort hebben ligt dus niet alleen aan mijn ouder worden.
En het is ook best ingewikkeld allemaal. Als ik dan aan mijn vader denk, die op het laatst veel moeite had met het hanteren van de afstandsbedieningen van de tv en de videorecorder, dan voel ik mij nog wel een hele Piet. Omdat kleine dochter er was heb ik weer een maand NETFLIX genomen, we hebben de reportage van Taylor Swift gezien en gisteravond hebben P. en ik samen naar de film The Great Escaper gekeken, dan ben ik toch wel trots dat ik dat allemaal voor elkaar krijg.
Het is een beetje een zin en onzin blogje geworden, maar ik ben er ook uit wat betreft de aanmaak van de rubriek OUD. Op 23 juli schreef ik daar al over. De rubriek gaat OUD IN WORDING, heten. En anders dan bij de rubriek EERTIJDS, komt dit bij de ondertitel te staan, dit ter voorkoming dat het mensen afschrikt om het te lezen.
Moet ik nog wel bedenken hoe ik in een paar zinnen het hoe en waarom van de rubriek kan verwoorden. Daar neem ik nog even de tijd voor.
MEMORY
Met de rubriek EERTIJDS wil ik een jaar lang, wekelijks een blogje maken over een voorwerp wat meer dan 50 jaar oud is. Dit kan van alles zijn. Iets uit mijn jeugd, iets van mijn vader of moeder, iets wat op een of andere manier bij mij terecht is gekomen, maar het MOET 50 jaar of ouder zijn. De herinneringen aan het voorwerp zal ik beschrijven en van het voorwerp plaats ik een foto.
In de afgelopen week is dit spel weer een aantal keren gespeeld. Kleine dochter Nina was een aantal dagen op bezoek en toen ik haar vroeg of we samen een spelletje zouden doen, klonk het enthousiast: Ja leuk. We begonnen met het spel SET, leuk, maar het haalt het toch niet bij ons favoriete spel MEMORY.
Het spel zal inderdaad meer dan 50 jaar oud zijn. De eerste keer dat ik ooit MEMORY speelde is 53 jaar geleden. HJ en ik waren net getrouwd, ik was in verwachting van dochterlief en we logeerden een kleine week bij het gezin van een broer van HJ. We vierden daar als het ware vakantie. 's Avonds klaverjasten we wel veel, maar om ook eens wat anders te doen, kwamen zij met dit spel op de proppen. Wij, HJ en ik vonden dit zo leuk, zodat wij dit al vrij snel aangeschaft hebben. Samen spelletjes doen was wel iets waarin we elkaar konden vinden, dus naast MEMORY werd Monopoly ook aangeschaft en naast het oeroude Mensergerjeniet, werd ook de pas op de markt verschenen nieuwere spelen aangeschaft zoals Barricade en Mastermind. Risk en Stratego zijn daar later nog aan toegevoegd.
Maar om op Memory terug te komen, ik was er heel erg goed in. Ik wist vaak feilloos waar ik het kaartje eerder had zien liggen en mijn stapel kaartjes was aan het eind meestal het grootst. Helaas is dit nu niet meer zo. In voorgaande jaren bleek dat de jonge dames, zowel kleinedochter N. als kleinedochter R. mij keer op keer versloegen.
In de setting met kleinedochter N. zoonlief B, manlief G, toen hij nog meedeed, eindigde ik meestal wel als een goede tweede. Dit jaar hebben N. en ik het met ons tweeën gespeeld. De eerste keer eindigde dramatisch voor mij, maar de tweede keer merkte ik dat ik er toch weer bedrevener in werd. Het vreemde is, dat ik in tegenstelling tot vroeger heel vaak een kaartje omdraai net naast het goede kaartje. Ik weet dus wel bijna waar ik het moet zoeken, maar net niet exact. En kleine dochter spint daar goed garen bij, want zij kaapt dan alles voor mijn neus weg.
Met Mastermind is het net andersom, met combineren, deduceren en logisch nadenken ben ik vaak heel snel achter de kleurencode. En zo hebben we weer een paar hele mooie dagen met elkaar gehad.
Met een zucht breng ik de dozen weer naar de zolder. Vorig jaar al had ik gedacht dat het spelletjes spelen voorbij zou zijn, maar nee, ondanks dat ze inmiddels 18 is, is ze nog steeds gek op spelletjes doen. Ik hoop dat dit zo blijft. Misschien is het ook wel even de trend, want toen we op Schiermonnikoog waren, zag ik dat ook daar hele families met jong volwassen kinderen bordspelletjes aan het spelen waren.
klik
DE BRIEVENWEGER
Met de rubriek EERTIJDS wil ik een jaar lang, wekelijks een blogje maken over een voorwerp wat meer dan 50 jaar oud is. Dit kan van alles zijn. Iets uit mijn jeugd, iets van mijn vader of moeder, iets wat op een of andere manier bij mij terecht is gekomen, maar het MOET 50 jaar of ouder zijn. De herinneringen aan het voorwerp zal ik beschrijven en van het voorwerp plaats ik een foto.
Ach het ding staat ergens verloren op het ongebruikte bureau dat boven op zolder staat. Mijn oog viel er op toen ik in de afgelopen dagen vanwege het mooie weer het dakraam maar eens open zette. Het is één van de voorwerpen in het steeds kleiner wordende rijtje van dingen om in deze rubriek met een bijpassend verhaaltje in de schijnwerper te zetten.
Het is met het samenvoegen van de huishouding van P. en mij in mijn huishouding terecht gekomen. Hij was politiek nogal actief, zat in een aantal actiegroepjes waarvoor nogal eens wat post verstuurd moest worden en dan was het wel handig om zelf te kunnen afwegen hoe zwaar de brieven waren, om ze juist te kunnen frankeren.
Ook ik heb in onze begin jaren veel gebruik gemaakt van deze brievenweger. Ik was druk aan het solliciteren om een baan te vinden, en je mocht dan zeker niet het risico lopen dat er te weinig porto op de enveloppe was geplakt.
De termen frankeren en porto zullen steeds minder gebruikt gaan worden, want post versturen, het gebeurt niet zo vaak meer. Zelfs geen verjaardagskaartjes heb ik gemerkt. Alles gaat tegenwoordig digitaal. Het is niet voor niets, dat de Post NL de bezorgingen wil verminderen naar drie keer per week. Ook worden er her en der brievenbussen weggehaald.
De tijd, dat ik het tijdstip van de komst van de postbode scherp in de gaten hield, ligt ook al ver achter mij. Ik was altijd nieuwsgierig òf en zo ja wat de postbode voor mij had. Het kon soms heel verrassend zijn.
Postbode zijn was vroeger ook een vak waarvoor geleerd moest worden, zo weet ik mij nog te herinneren. Het kwam nogal precies met aangetekende brieven en wat dies meer. Een postbode moest een examen afleggen en had daardoor ook enige vorm van status. Ik weet dat er in de vijftiger jaren in Apeldoorn ook een heus muziekkorps was met louter en alleen postbodes als muzikant. En omdat dit korps door de staat gefinancierd werd, had dit korps ook net iets betere instrumenten en ook mooiere uniformen dan het muziekkorps waarvan mijn vader lid was, wat dan weer leidde tot enige jaloezie. Ik hoor het mijn vader nog zeggen: ja, daar kunnen wij toch niet tegenop, als ze, De Post, zoals ze genoemd werden, bij een concours wel in de prijzen waren gevallen.
Maar goed, lang vervlogen tijden, hier en daar verwerkt in de tv serie 'toen was geluk heel gewoon' wat inmiddels ook al lang tot het verleden behoort.
Het weeginstrumentje staat dus nu werkeloos op zolder en zal daar ook nog wel even blijven staan. Het heeft in ieder geval nog een aardig blogje opgeleverd.
klik
ZOMER EN ZOU
Doordat ik in een nieuwe fase van mijn leven ben aangeland, beleef ik de zomer heel anders. Ik kan niet meer bezig zijn met het uitstippelen van nog een weekje weg met de caravan en waar zullen we dan heen...... Ik mis het wel, vooral het vooruit plannen; het uren op de kaart zitten turen, het dagdromen met het bijna visualiseren hoe het daar zal zijn, zonder dat ik er ooit geweest ben, het schwitchen van eindbestemming, toch maar liever naar het noorden, of naar het zuiden of..
Ik moet me dus herpakken en een nieuwe invulling geven aan het zomerse gebeuren. Zo af en toe een uitspatting met een dagje weg zoals naar Schiermonnikoog is leuk, maar is niet dagdroomvullend. Heel even vermaak ik mij met te onderzoeken of het ook mogelijk is om volgend jaar een huisje in Frankrijk te huren, maar dat is nog te ver weg, daar wil ik niet in blijven hangen.
Ik had mij voorgenomen om, nu we veel thuis zijn, mij te bekwamen in het zien van de kleine dingen rond om mij heen en mij daarin verwonderen zodat ik aan het eind van de zomer zou kunnen zeggen, ik heb toch veel gezien en beleefd. Ik zou hiervan foto's maken tijdens wandelingen en fietstochten. Ik wandel wel, maar niet zoals ik zou willen, ik fiets ook wel, maar ook niet zoals ik zou willen. Of het is te heet, of het is te koud, of ik verdoe mijn dag met dingen die eigenlijk geen naam mogen hebben, of ik vind dat ik nog te veel last heb van de pijn aan mijn schouder, het gevolg van een val van drie en een halve week geleden.
En toch voel ik, nu de zomer voortschrijdt en langzamerhand richting nazomer gaat, dat ik stukje bij beetje in mijn nieuwe levensfase ga passen en er een soort rust in mij begint te komen. Ik merk, dat ik de vele herinneringen van alle mooie vakanties die te pas en te onpas ineens opploppen, meer en meer kan toestaan om er even te mogen zijn, zonder dat ik er verdrietig van word. Nee, die herinneringen samen delen met P. gaat niet, omdat hij veel niet meer weet. Ik moet het alleen in mij om laten gaan.
En zo kom ik bij de foto's van dit blogje. Heel vaak loop ik hetzelfde rondje van 4 kilometer maar als het langere tijd droog is geweest kan ik met Pablo naar ons bos. Dolle pret, want daar kan ik diverse apporteerspelletjes met hem doen. Als we vanuit het bos naar huis terug lopen, komen we op een andere manier het dorp binnen en toen zag ik opeens die prachtige bermen. Ooit heb ik een blogje over de bermen geschreven toen we met vakantie in Paulhaguet waren. ik schreef toen dat ik al wandelend zo genoot van de kleurrijke bermen, omdat er in Frankrijk veel meer diversiteit aan bloemen te zien was. (type bij :geef zoekterm natuurlijk en je komt bij de bedoelde pagina)
En nu zag ik deze weelderigheid aan het begin van het dorp. Later, al fietsend in de omgeving zag ik dat dit op meerdere plekken in de gemeente te zien is. Is het geen heerlijkheid om te aanschouwen? Dit maakt mij gelukkig en het geeft mij kracht. Ik weet bijna zeker, dat als het van de winter weer grijs en grauw is, ik mij weer kan verheugen in de gedachte dat het niet zo zal blijven. Dat er ook weer een zomer zal komen waar in weer veel te zien zal zijn. Andere zomers dan voorheen, maar toch een tijd waar ik weer naar zal verlangen. Het lijkt erop dat er een nieuw evenwicht gaat ontstaan.
klik
TE LEUK
Achteraf zijn de ervaringen te leuk om ze niet in de vergetelheid te laten verdwijnen. Om de zomer niet in een dagelijkse sleur te laten verdwijnen had ik bedacht om maar eens een dagje naar één van de eilanden te gaan. Omdat Pablo in de fietskar geen optie meer is, leek het mij leuker om dit keer, in plaats van naar Ameland, naar Schiermonnikoog te gaan. Omdat dit eiland veel kleiner is kun je daar lopend wat beter uit de voeten.
Vanaf de boot is het kiezen, of direct naar het strand wat 3 kilometer is, of via het dorp wat ook 3 kilometer lopen is en dan vandaar uit naar het strand. Wij kozen voor het laatste en sloegen bij de dijk links af. Goede keuze, want onder aan de dijk mogen de honden los. Feest voor Pablo. En maar racen, naar voren, weer terugkomen, op de dijk kijken en ja, hij werd steeds doldriester, hij ging ook de dijk over. We zagen hem nog één keer terug, een beetje nat, dus ik vermoedde dat daar een sloot was waar hij uitgedronken had.
En toen kwam hij niet meer terug. Ik hoorde in de verte een hond blaffen en na nog een paar stappen gelopen te hebben vermoedde ik dat dit Pablo was. We staken de dijk over, maar nergens een Pablo te ontdekken. Het blaffen kwam vanuit de sloot, maar we konden niets zien, omdat er een dikke rietkraag langs de sloot stond.
Roepen, fluiten, niets scheen te werken. Even leek het of hij dicht bij ons in de buurt was. Ik bedacht me geen moment, deed mijn rugzak af en stapte met schoenen en al door de rietkraag heen de sloot in, want het blaffen klonk toch echt niet zo vrolijk en onbevangen meer. Het water kwam tot bijna aan mijn middel, maar dat deerde mij niet. Ik wilde zien waar Pablo was.
Heel in de verte leek hij ergens te zwemmen, al lang niet meer jagend achter de eenden aan, die dobberden mooi voor hem uit, maar hij zwom en zwom, steeds verder van mij weg. Terwijl ik riep en floot, liep P. de kant van waar Pablo naar toe zwom uit. Pablo verloor zo nu en dan wat afstand ten opzichte van P. om te onderzoeken of hij ook ergens een plekje kon vinden waar hij er uit kon, waardoor P. hem voorbij kon lopen. En toen kon P. een opening in het riet maken, waar Pablo gelukkig even kwam kijken, waarop P. hem kon pakken en hem op de wal kon helpen.
Inmiddels had ik de moed opgegeven en was ook weer op de wal gekropen. Terwijl ik de schade van mijn natte pak opnam en mijn rugzak weer omdeed, ontwaarde ik in de verte P. met Pablo aan de lijn. Wat was ik blij en opgelucht. Ik had al hele visioenen gehad zonder Pablo naar huis te moeten omdat hij verdronken was.
Terwijl wij wat moesten bekomen van dit avontuur, leek Pablo niet onder de indruk te zijn. Op het strand aangekomen bleken we alle ruimte van de wereld te hebben. De echte strandgangers kiezen een ander stuk strand, daar waar de branding dicht bij het strand te vinden is. Daar zijn we via het stille stuk strand naar toegelopen en omdat het er zo weinig mensen waren mocht Pablo los. Dat hebben we geweten. Door de wijdsheid van het enorme strand ondervond Pablo geen beperkingen, dus ging hij ook echt los. Op zoek naar die witte vlieger in de lucht, want dat was hoogst interessant.
Uiteindelijk keerde hij om op zoek naar ons. Na zich even bij een verkeerde baas en vrouwtje gemeld te hebben, hoorde hij mijn fluitje en kwam aangesjeesd. "O, waren jullie hier" kon je hem bijna horen denken. Dit heeft zich nog een paar keer herhaald en toen hebben we hem ter bescherming van zichzelf toch maar aangelijnd.
Tenslotte hebben we samen nog een klein poosje met een balletje in de branding gespeeld. Helaas moesten we toen op zoek naar een gelegenheid voor een sanitaire stop en ja, dan heeft zo'n breed strand toch ook wel nadelen. Je gaat dan niet zo snel dat hele eind weer terug. Een mooie wandeling door de duinen en het bos voerde ons weer terug naar het dorp. Na ergens een heerlijk maaltijd genuttigd te hebben zijn we maar met de bus naar de boot gegaan, we hadden inmiddels al ruim 20 km op de dagteller staan. En Pablo? die hoorde je niet meer. Die was moe, doodmoe, maar wel voldaan.
En wij waren ook moe, maar het is al met al een leuke dag geweest waar we met plezier aan terugdenken, ondanks de streken die onze kleine bengel heeft uitgehaald.
klik
VALERVARING
Na een kleine week bij het doen van alles en nog wat uitgeschakeld te zijn kan ik nu bijna weer alles. Vorige week, ergens midden in de nacht ben ik in de badkamer gevallen, op mijn rechterarm en schouder. Vraag me niet hoe het kon gebeuren. want dat weet ik niet. Opeens lag ik er. Nu schijnen de meeste ongelukken in en rond het huis te gebeuren, dus dit is er ook één.
Met een stekende pijn in de rechterarm en ook een schouder die nogal wat pijnlijk was ben ik weer in bed gekropen met de gedachte, maar eens zien hoe dit afloopt. Ondanks de pijn ben ik wel in slaap gevallen. Toen ik de volgende morgen wakker werd, heb ik eerst gekeken of mijn hand en de vingers kon bewegen, dat was mogelijk, dus waarschijnloijk niets gebroken zo was mijn conclusie. De schouder kon ik ook bewegen, ook al was dat wat pijnlijk, maar mijn arm omhoog brengen was niet te doen.
Aan de ontbijttafel met P. de situatie maar even besproken. De arm rust geven leek ons de beste optie èn wat pijnstillers in de vorm van ontstekingsremmers. Eerst maar eens even afwachten hoe dit alles zich zou gaan ontwikkelen alvorens naar de huisarts te rennen.
Als ik de arm maar niet belastte, was de pijn wel te doen. Ik heb mij vermaakt met achterstallige afleveringen van de serie DERTIGERS te bekijken, want van keuken schoonmaken, zoals het plan was, kwam natuurlijk helemaal niets terecht, dat moest uitgesteld worden. In de loop van de dag merkte ik dat kleine bewegingen wel weer mogelijk waren. Dat stemde mij gunstig, misschien was het mogelijk om de volgende dag toch te kunnen autorijden, want P. moest voor een controle naar het ziekenhuis in Leeuwarden.
Inderdaad, ik kon de volgende dag autorijden, zij het met de stuurbewegingen in iets aangepaste vorm, de rechterhand liet ik wat in de benedenstand. Het aankleden en haarkammen was nog wel een crime, maar ik kreeg er wel vertrouwen in dat het wel weer goed ging komen. Natuurlijk heb ik wel gegoogeld wat het zou kunnen zijn en als ik zelf een diagnose zou mogen stellen zou ik zeggen, misschien een klein scheurtje in één of andere spier.
Heel eerlijk, zo af en toe sloeg de paniek wel even toe. Zou het toch niet iets ernstigers zijn, had ik toch niet de huisarts er even naar moeten laten kijken, hadden er toch niet even foto's gemaakt moeten worden? Ach helaas heb ik enige ervaring met vallen, over boomstronken, losse tegels, omvertrekken door de hond. Verschillende keren ben ik daarvoor naar de huisarts geweest en deze was altijd heel vriendelijk hoor, daar heb ik geen enkele klacht over, maar meestal werd ik met een geruststellend woord weer naar huis gestuurd met de boodschap, eerst maar even afwachten, mocht de pijn niet over gaan, kom dan gerust weer langs.
En zo heb ik deze ervaringen maar in de praktijk gebracht en het lijkt een goede keuze te zijn geweest. Het gaat elke dag iets beter. Ik kan nog niet alles met de arm doen, tennissen zal nog niet gaan, maar het aankleden en haren kammen gaat al weer een stuk soepeler.
Een bezoek aan de polivalpreventie lijkt mij nog niet nodig. Ik schuif dit ongevalletje gewoon onder de noemer van domme pech en nog niet aan het oud worden/zijn. De door de tijd heen opgedane ervaringen met vallen kwamen mij wel goed van pas, dat dan weer wel. Een mens is dus nooit te oud om het geleerde in de praktijk te brengen.
En natuurlijk ben ik blij dat het goed lijkt af te lopen. En misschien ga ik de serie IN VERWACHTING VAN OUD WORDEN toch doorzetten, vandaar de titel OUD 2.
klik
Wanneer ben je oud? Hoe ouder je wordt, hoe moeilijker het is om deze vraag te beantwoorden. Door de ogen van de kleindochters zal ik zeer waarschijnlijk wel als oud gezien worden. Of mijn kinderen mij ook al als oud zien weet ik eigenlijk niet en de mensen met wie ik in het bestuur van de Oranjevereniging zit voor de organisatie van het dorpsfeest zien mij wel als een ouder persoon maar nog niet als echt oud.
En ja, Biden vind ik echt oud. Hoog tijd dat hij er mee stopt. Geldt trouwens ook voor Trump, maar eerlijk is eerlijk, die lijkt nog net iets vitaler.
Zelf voel ik mij ook niet alle dagen optimaal, de ene dag heb je het in de rug, een volgende dag wil de schouder niet en weer een andere dag doen de voeten pijn, bijna nooit alles tegelijk en het gaat ook altijd wel weer over, maar toch. Ik moet, als ik dan mijn dagelijkse rondje van vier kilometer met Pablo loop vaak denken aan de tijd dat ik in verwachting was. Mijn moeder zei toen tegen mij, het hoort erbij, als je in verwachting bent voel je alle dagen wel wat.
En zo lijkt het nu ook wel. Op weg naar oud zijn, want ik ben het nog niet, ik ben bezig oud te worden. Oud zijn koppel ik toch meer aan niets meer kunnen. En ja, als ik Biden zie lopen, meer als een zombie en zo nu en dan zo hoor stuntelen in toespraken, dan denk ik: ja, jouw tijd zit er op, jij bent niet meer in verwachting van oud worden, jij hebt de grens bereikt van oud zijn.
Natuurlijk is het een krankzinnige vergelijking, weet ik ook wel. Het één eindigt bij de geboorte van het kind en het andere eindigt bij de dood. Maar toch. Ik wil het proces van ouder worden niet weg moffelen. Natuurlijk spelen de ongemakken een grote rol en ook het afscheid nemen van de mensen die om je heen wegvallen. Maar ik blijf geloven dat het oud worden/oud zijn iets goeds in zich heeft en ook dat het zin heeft. En vooranl naar dat laatste ben ik op zoek.
Ergens speel ik met de gedachte om wekelijks een soort column te gaan schrijven wat te maken heeft met het proces ouder worden. Nee, niet over de pijntjes en de kwaaltjes of het aftakelen, daar is wel genoeg over bekend, maar meer over het beleven van ouder zijn. Toen ik jong was, in mijn twintiger jaren, was ik heel nieuwsgierig hoe ouderen zich zouden voelen, met de wetenschap dat de dood in aantocht is. Ik vroeg mij af, of je daar dan veel mee bezig zou zijn. Het was voor mij toen bijna niet mogelijk om mij voor te stellen wat "men, de oudere" dan dacht.
Wie weet, ik laat het nog even in mij omgaan. Het voelt voor mij als ergens nog een ideaal hebben om daar mogelijk nog iets mee te gaan doen. Wie weet.
klik
ZONDAGSSLOKJE
Met de rubriek EERTIJDS wil ik een jaar lang, wekelijks een blogje maken over een voorwerp wat meer dan 50 jaar oud is. Dit kan van alles zijn. Iets uit mijn jeugd, iets van mijn vader of moeder, iets wat op een of andere manier bij mij terecht is gekomen, maar het MOET 50 jaar of ouder zijn. De herinneringen aan het voorwerp zal ik beschrijven en van het voorwerp plaats ik een foto.
Natuurlijk maak ik de rubriek "EERTIJDS" wel af, alleen is door diverse omstandigheden de regelmaat er een beetje uit, maar het komt goed! Dit keer heb ik gekozen voor een paar glazen die nog afkomstig zijn uit het glasservies van mijn moeder. Ik kan niet meer helder krijgen waar de glazen uitgestald stonden, op de zogenaamde theetafel? nee ik denk in het dressoir, achter een glazen deurtje. Al schrijvend weet ik het bijna zeker. Van tijd tot tijd vond mijn moeder dat de glazen met een droge theedoek afgestoft moesten worden, omdat ze er anders stoffig uit gingen zien en dat was een mooi taakje voor mij toen ik als tien- twaalfjarige dochter geacht ging worden een steentje bij te dragen in het huishoudelijke werk.
Op verjaardagen met soms wel 25 mensen op bezoek, werden deze glazen niet veel gebruikt, daar waren ze veel te kwetsbaar voor. Ik kan mij wel herinneren dat als er een oom en tante een hele zondag op visite kwamen, de glazen op een poot gebruikt werden voor een glaasje advocaat. De mannen dronken dan een biertje uit het grote glas of een borreltje uit de kleine borrelglaasjes, maar daar is er niet één meer van.
Ik heb ook wel iets met glazen, vandaar dat ik ze meegenomen heb bij de verhuizing van mijn vader, na het overlijden van mijn moeder. Een tijdje hebben we de gewoonte gehad om op zondag deze glazen te gebruiken voor een glaasje sherry, maar gezien de kwetsbaarheid ben ik daar weer mee opgehouden. Bovendien zijn wij overgestapt van een glaasje op de zondagmorgen naar één Hertog Jan Prestige biertje laat op de zondagmiddag, met een paar borrelhapjes. Het glaasje op de zondagmorgen maakte ons voor de verdere dag te slaperig.
Dat kwam gisteren even ter sprake toen we met Lia en Wim, u weet misschien nog wel, het vriendinnetje vanuit mijn jeugd, met wie ik al meer dan 65 jaar het lief en leed uit mijn leven deel, even een drankje zouden drinken. Zij staan een paar dagen op een camping bij ons in de buurt, en ja dan kan een bezoekje natuurlijk niet uitblijven. Een omgekeerde situatie van vorig jaar, toen wij dicht bij daar waar zij wonen, op een camping verbleven.
Toen ik na de afwas het glaswerk van de frisdrankjes, ook dat kan in mooie glazen geserveerd worden, weer terugzette in de glazenkast, viel mijn oog op die paar glazen van het glasservies van mijn moeder. Ah, dat zou het onderwerp van een nieuwe "EERTIJDS" zijn. Niet meer twijfelen over andere onderwerpen. Dit moest het worden, zo kon ik toch een kleine verbinding maken met het verleden en het nu. Altijd leuk als ik daar in slaag.
klik
|
Toon berichten 1-8 van 1928 |
Volgende Pagina »